In de kwalificaties van het speerwerpen heeft Timothy Herman zich wellicht niet kunnen verzekeren van de finale. Herman kwam in zijn groep tot een beste worp van 77m35 en werd daarmee tiende. De tweede groep komt zo dadelijk nog in actie, maar de kans is heel klein dat er minder dan drie atleten voorbij de afstand van onze landgenoot werpen.
Het is nog even de prestaties van de volgende groep afwachten, maar Timothy Herman weet eigenlijk al dat hij de finaledroom mag opbergen. In zijn eerste poging wierp hij zijn speer naar 77m03. De poging nadien deed hij er nog 32 centimeter bij. Dat was meteen ook zijn beste afstand, want afsluiten deed hij met 74m36.
Met zijn beste worp bezette hij pas de tiende plaats in zijn kwalificatiegroep. Dat betekent dat er zo dadelijk maar twee atleten verder mogen werpen dan onze landgenoot om de finale nog te halen. De kaarten liggen dus niet gunstig voor de atleet, en dat beseft hij zelf ook. “Ja, tuurlijk is het gedaan voor mij. Dit is teleurstellend”, vertelde hij na afloop.
Hij wijt zijn mindere prestatie aan het feit dat hij zijn eigen krachten op dit moment niet kan omzetten. “Ik voel mij fysiek super. Sneller, explosiever… Het enige probleem is dat ik mijn timing niet meekrijg en dat is net iets dat niet te trainen valt. Het is frustrerend. Je gooit en je weet direct dat de timing er niet was. Het was zelfs zo slecht dat ik nog verbaasd ben over de afstand die eruit komt. Ik zit fysiek zo goed en je timing moet meegroeien met je aanloop en je kracht.”
“Het is dus afwachten tot ik het tij weer kan keren. Ik heb het gevoel dat dit elk moment kan gebeuren. De ene training is super, de andere training is slecht. Ik zit precies tussen twee technieken. Natuurlijk is dit mentaal lastig. Ik voel druk want ik moet punten scoren voor de Olympische Spelen en nu ben ik mijn ranking aan het verkwanselen. Normaal gezien kom ik nog in actie in Madrid en op het BK. Hopelijk kan ik het tij daar keren.”