De finale van de 200m had op de vierde avond van het EK opnieuw een Italiaans feestje moeten worden. Maar met goud voor Timothé Mumenthaler en brons voor William Reais ging de hoofdprijs naar Zwitserland. Voor de Italiaanse favoriet Filippo Tortu was het zilver een troostprijs.
Gestart uit baan 6 zag het er lange tijd goed uit voor Filippo Tortu. Tot 50 meter voor de finish leek het enige gevaar afkomstig van landgenoot Eseosa Fostine Desalu in de baan naast hem. Maar dat was buiten de 21-jarige Timothé Mumenthaler gerekend.
Vanuit baan 9 rukte de Zwitserse nummer 3 van het EK junioren in de laatste meters razendsnel op. Met 20”28 liep hij een nieuw pr en zorgde hij voor misschien wel de grootste verrassing van dit EK.
Eerder op de avond was er ook al succes voor Zwitserland met goud voor Angelica Moser bij het polsstokhoogspringen. De Zwitserse steeg in de finale boven zichzelf uit met een sprong over 4m78, een nieuw nationaal record.
In de finale gingen Ekaterini Stefanidi, Molly Caudery en Moser als enigen over 4m68 en waren daarmee alle drie vroegtijdig zeker van een medaille. Vervolgens gingen Stefanidi en Caudery ook over 4m73. Na één mislukte poging op die hoogte liet Moser de lat nog vijf centimer hoger leggen om daar in haar eerste poging overheen te gaan. Iets wat haar Griekse en Britse tegenstanders niet lukte.
Het Italiaanse thuispubliek kon dinsdagavond één EK titel vieren. De winst in het kogelslingeren ging naar de verrassende Sara Fantini. Met 74m18 bleef ze de drievoudig olympisch kampioene Anita Wlodarczyk (72m92) ruim een meter voor. Het brons ging naar de verrassende Rosa Loga uit Frankrijk (72m68).
Het was alweer het achtste Italiaanse goud dit EK, maar het gehoopte en verwachtte negende goud kwam er dinsdagavond op de 200m niet.
Kaczmarek eindelijk de beste
Op de 400m snelde de Poolse Natalia Kaczmarek naar het goud in 48”98. Op de finish bleef ze de Ierse Rhasidat Adeleke (49”07) nipt voor. Voor Kaczmarek is het de eerste grote titel, na zilveren medailles bij het EK in 2022 en het WK 2023.
De winnende tijd van Kaczmarek is de tweede tijd gelopen dit jaar. Zondag klokte Sydney McLaughlin-Levrone bij de NYC Grand Prix een razendsnelle 48”75.
Op gepaste afstand van de nummers 1 en 2 was de derde plaats voor Lieke Klaver (50”08). Het was het tweede brons voor de Nederlandse bij dit EK. Op de 4x400m gemengde estafette werd ze op de openingsdag van het toernooi ook derde. Waar dat resultaat gold als een teleurstelling, was het individuele brons voor Klaver een opsteker. “Eindelijk een medaille voor mezelf”, zei Klaver bij de NOS. “Ik had dit even nodig. Ik loop al zolang mee in de top, ook op wereldniveau. Nu heb ik zelf iets tastbaars. Dit is een keer geen estafettemedaille.”
Miellet bevestigt Franse dominantie op steeple chase
Net als bij de vrouwen ging het goud op de steeple bij de mannen naar Frankrijk. Aleixis Miellet klopte na een harde race zijn landgenoot Dijali Bedrani in de sprint. Zijn winnende tijd van 8:14”01 is voor Miellet een persoonlijk record. Het brons was voor de Duitser Karl Bebendorf.