In Los Angeles sneuvelde vannacht het eerste wereldrecord van dit zomerseizoen. Ryan Crouser is de man aan wie we dit te danken hebben. De imposante atleet schudde een monsterworp van 23m56 uit zijn mouw. Daarmee zet hij zijn eigen wereldrecord met 19 cm scherper.
Eind april opende Ryan Crouser zijn seizoen met 22m38 in het kogelstoten. Op de USATF Los Angeles Grand Prix van afgelopen nacht zou Crouser pas voor de tweede maal dit zomerseizoen in actie komen. Die deelname gaat meteen de recordboeken in.
Crouser opende zijn competitie met 23m23, de vijfde beste worp aller tijden. Meteen daarna voegde hij er 23m31 aan toen, een afstand waar in de geschiedenis nog maar twee keer aan werd voldaan. De olympisch en wereldkampioen kon echter nog beter. Hij demonstreerde een derde monsterworp van de avond en stootte zijn kogel naar 23m56.
Crouser, die sinds de Amerikaanse trials in 2021 al het wereldrecord outdoor in handen heeft, verbeterde zich zo met 19 centimeter. Ondanks de euforie van zijn nieuw wereldrecord, bleef Crouser de constantheid zelve. Zijn minste worp was nog steeds 22m80, een afstand die amper zes andere atleten ooit wisten te overtreffen.
Na afloop liet Crouser nog verstaan dat het nog gerust een pak verder kan. De kogelstoter heeft de afgelopen tijd hard gewerkt aan een nieuwe techniek en is klaar om daar de vruchten van te plukken.
Tweede in de competitie werd Tom Walsh. Hij Crouser hield de wereldkampioen van 2017 ruim een meter achter zich.