Meer dan 2100 deelnemers worden zaterdag verwacht in Oordegem voor de IFAM Outdoor. Nationale en internationale kleppers zullen het in het Putbosstadion van ’s morgens vroeg tot in de late uurtjes tegen elkaar opnemen. Naar goede gewoonte levert deze meeting een resem limieten en nog meer persoonlijke records op. Een vogelvlucht doorheen de deelnemerslijst.
Deelnemers uit zo’n 60 landen zakken zaterdag af naar de IFAM. De Verenigde Staten zijn alvast vertegenwoordigd op de 100m horden. Daar kan Anne Zagré zich optrekken aan Jade Barber richting een mogelijk eerste sub 13” van dit seizoen. Bij de mannen topt de Braziliaan Eduardo Rodrigues met 13”27 het deelnemersveld. Met ook nog een handvol sterke Nederlanders aan de start kan Michael Obasuyi op genoeg weerwerk rekenen.
Op de vlakke 100m wordt het uitkijken naar Rani Rosius. Rosius verkeert in de vorm van haar leven, maar zal moeten oppassen voor Vitoria Rosa. De finaliste van het WK indoor is niet de enige klepper aan de start. Naast het Nederlands duo Seedo – Visser, is er ook nog Alja Del Ponte. De Zwitserse, die op de Olympische Spelen vierde werd op de 100m, komt na een lange blessureperiode voor het eerst in bijna een jaar weer in actie. Kobe Vleminckx is het Belgisch speerpunt bij de mannen. In zijn eerste individuele wedstrijd van dit seizoen kan hij zich proberen vastbijten in het spoor van Israel Olatunde, goed voor een zesde plaats op het EK. Zowel Rosius als Vleminckx vervoegen nadien de Belgian Rockets en Falcons voor de 4x100m.
Op de 400m horden kruipt Hanne Claes in de startblokken. De nummer drie aller tijden in België mag jagen op de Noorse Line Kloster. De nationale recordhoudster heeft met 53”91 de snelste chrono achter haar naam en vormt dus een uitstekend mikpunt. Nina Hespel zal eveneens met ambitie aan de start verschijnen. De belofte gaat namelijk op zoek naar de EK-limiet van 57”59. Alastair Chalmers voert het veld aan bij de mannen. Vorig jaar liep de Brit op de IFAM naar een PR van 48”88 en koestert dus zoete herinneringen aan de piste. Dries Van Nieuwenhove en Mimoun Abdoul Wahab houden de Belgische eer hoog.
De vlakke baanronde wordt vooral bij de mannen interessant om volgen. Naast Jonathan Sacoor, die stilaan weer de oude wordt, treedt ook Robin Vanderbemden aan. Die laatste legt zich voor het eerst in jaren weer toe op deze discipline en is vastberaden te scoren. Belgian Tornado’s Dylan Borlée en Christian Iguacel kiezen voor de 200m om hun snelheid bij te schaven. Ze treffen er nog een andere 400m-specialist: Nederlands recordhouder Liemarvin Bonevacia. Zijn landgenote Lieke Klaver zal wellicht meedingen om de winst bij de vrouwen. Klaver, die op het EK indoor haar eerste individueel eremetaal bemachtigde op de 400m, krijgt er Imke Vervaet en Delphine Nkansa naast zich. Die laatste moet 23”34 lopen om zich te plaatsen voor het EK beloften, een tijd die ze in de benen heeft.
Op de 800m zien 1500m-specialisten Ruben Verheyden en Jochem Vermeulen terug. Zij maakten vorige week in Karlsruhe nog indruk met hun seizoensopener op de 1500m. Concurrentie is met Elias Ngeny (1’43”84) verzekerd. Camille Laus, eerder deze week goed voor een fraai PR van 2’03”99, gaat zaterdag op zoek naar een bevestiging van deze chrono. Naast Mariska Parewyck zien we ook Elena Kluskens, Jana Kluskens en Nina Van Pelt terug. Die laatste bijten hun tanden voorlopig nog stuk op de limiet voor het EK junioren (2’06”07).
Op de 3.000m steeple voert een landgenote het veld aan. Of Eline Dalemans na haar zware voetblessure van deze winter meteen kan meedingen om de winst, is maar de vraag. Pieter-Jan Hannes zette vorig weekend nog een PR neer op deze afstand en zal zaterdag maar wat graag voor een eerste sub 8’40 gaan. De metrische mijl kan rekenen op Pieter Sisk, die vorige week nog quasi solo naar 3’37”07 liep. De Nederlander Mike Foppen zal onze landgenoot niet snel alleen op wandel sturen en voor het nodige weerwerk zorgen. Bij de vrouwen is het afwachten wat Lisa Rooms na haar snelle tijden op de 5.000m op deze kortere afstand kan. Lotte Scheldeman en Sofie Van Accom zullen de strijd om beste Belgische met plezier aangaan.
Robin Hendrix komt net terug van hoogtestage en zal op de 5.000m jagen op het WK-minima van 13”07. Met een PR van 13’19”50 wordt het weliswaar geen eenvoudige opdracht. Het Nederlandse wonderkind Niels Laros treedt ook in actie op deze afstand. Laros zette vorig jaar het Europees record op de 1500m en 3.000m neer bij de scholieren en gaat zaterdag op zoek naar de EK-limiet bij de junioren (14’25”20).
De kampnummers zijn traditiegetrouw minder sterk bezet dan de loopnummers en dat is ook dit jaar niet anders. In het hoogspringen krijgt Jef Vermeiren vooral tegenstand uit eigen land. Hetzelfde geldt voor Zita Goossens en Yorunn Ligneel. Elena Defrère krijgt in het kogelstoten het gezelschap van Melissa Boekelman, de 12-voudig Nederlands kampioene. In de verspringbak is Pauline Hondema op papier de beste. Zij kan Maité Beernaert misschien naar haar derde PR op rij stuwen.