De loodzware CrossCup van Roeselare kroop in de kleren. Dat kan onze spion in het CrossCup-peloton beamen. Zeven dagen na het geploeter in Schiervelde kroop hij in zijn pen om terug te blikken op een incidentrijke passage in de West-Vlaamse modderpoel. Zijn relaas leest u hier .
Roeselare, man man man. Wat was dàt? Ik heb al heel wat crossen gelopen, maar deze spande toch echt de kroon. Laat ons beginnen met het parcours. Stukken van vlak, goed beloopbaar gras wisselden zich af met ongeziene modderstroken. Een heroïsche tien kilometer drong zich aan. Het werd een spectaculaire race waarbij 500m voor de finish de volgorde van de top vijf er nog heel anders uitzag! Een beloning voor de dappere supporters die weer en wind trotseerden. En in zo’n omstandigheden, gaan er onverwachte dingen gebeuren.
Na anderhalve ronde moesten we vooraan al afscheid nemen van Simon Debognies en Lander Tijtgat. Debognies werd slachtoffer van zijn eigen efficiënte loopstijl, niks mee aan te vangen op zo’n parcours. In zijn allerlaatste wedstrijd, werd Tijtgat z’n spike uitgetrapt en stond een dikke minuut stil. Het publiek rouwde mee, een vroegtijdige exit van de flyers was het resultaat.
Op de vlakke stroken kon ik persoonlijk een goed tempo lopen, maar het melkzuur kwam telkens even gedag zeggen in de modder. Een strijd tegen mezelf dus vooral! Ondertussen had Kimeli denk ik het commando gekregen om z’n ding te doen, aangezien zijn compagnon duidelijk niet mee ging spelen voorin. Aan de tussentijden te zien – Isaac noteerde in ronde vier veruit de snelste van de hele koers – was het niet onlogisch dat het ieder voor zich werd vanaf halfweg. LYRA-duo Saké en Somers kon de schade enigszins beperken, terwijl Lahsene Bouchikhi – duidelijk nog wat verkouden – en outsider Arnaud Dely hun tanden stukbeten op de West-Vlaamse modder. PJ Hannes verloor wat terrein, maar bleef de top vier binnen handbereik houden.
De grootste jump kwam er misschien wel van Ruben Querinjean. De jonge Luxemburger deelde zijn koers perfect in, hij lijkt al jaren ervaring te hebben op dit niveau. Jammer dat we die niet in onze tricolore kunnen zien in Dublin. De luxepaarden kwamen zondag niet van stal. De boerenpaarden des te meer. Hannes en Somers zijn zo’n werkbeesten. En voor Nicolaï Saké zou elk Belgisch trekpaard nederig het hoofd buigen. Hij werkt 60 uur in de week en had voor 2021 nog geen top tien in de Crosscup gelopen, als ik me niet vergis. Petje af!
Volgens mij werd deze cross grotendeels bepaald door wat er zich tussen de twee oren afspeelt. Geen plaats voor meetbare cijfertjes of statistieken hier. Op een 10.000m op de piste zou Kimeli (27:22) winnaar Somers (28:48) dubbelen op basis van PR’s. Guillaume Grimard loopt op de 5000m bijna een volle minuut sneller dan eerste belofte Marco Vanderpoorten. Zondag verloor die eerste vier seconden op de Hammenaar. Daar had zijn ninja-look misschien ook wel iets meer te maken!
En terwijl Lahsene Bouchikhi het stof van z’n schoenen veegde op trainingsstage, wreef PJ Hannes het stof uit z’n ogen. Van de bouwwerf op zijn boerderij, weliswaar. Dat kan alleen in cross. Had de uitslag er zo uitgezien in “normale” omstandigheden? Allicht niet. Maar het had een heel stuk minder aantrekkelijk geweest. Mensen zien graag onverwachte wendingen en één-op-één duels. Dus wat mij betreft, méér van dat!
Bij de podiumceremonie was de luidste supporter misschien ook wel de snelste. John Heymans schreeuwde zijn longen schor voor Somers, van fair play gesproken! Heymans mag van mijn part de komende jaren een vaste waarde worden in de mannenploeg bij senioren, wie weet volgend jaar reeds in Turijn.
Tot binnenkort, vrienden!