Dylan en Kevin Borlée hebben in het Poolse Chorzow bewezen dat hun vorm in stijgende lijn zit. Dylan klokte in Polen af na een seizoenbeste van 45″71 en wipt daardoor over Alexander Doom op de Belgische jaarranglijst. Kevin Borlée dook voor het eerst dit jaar onder 46 seconden met 45″78 en mag zich zo de tweede Belgische performer van het moment noemen na zijn jongere broer. Dylan doet ook een goede zaak op de World Ranking en krijgt een individueel ticket naar Tokio in het vizier. Isaac Makwala was in Chorzow een maatje te groot met 44″47. Eline Berings blijft op zoek naar superbenen op de hoge horden. Berings moest vrede nemen met 13″37.
De vorm van de broers Dylan en Kevin Borlée zit duidelijk in stijgende lijn. Dat bewees het duo vandaag in het Poolse Chorzow. In hetzelfde stadion waar ze begin mei de World Relays afwerkten, kwamen de broers aan de start van een baanronde in goed gezelschap. Voor de winst speelden onze landgenoten niet mee, want een ontketende Isaac Makwala was duidelijk de beste met een stevige 44″47. Dylan Borlée volgde als vierde in een knappe 45″71. Hij doet zo een gouden zaak met het oog op een mogelijk individueel ticket naar de Olympische Spelen in Tokio, aangezien hij normaal gezien over zijn oudere broer Jonathan wipt naar een plaats in de buurt van de top 50 op de World Ranking.
Een top 48 is nodig om af te zakken naar de Spelen. Ook Kevin deed het goed met een eerste chrono onder 46 seconden in 2021. Met 45″78 lijkt het ook de goede kant op te gaan bij de vice-Europese kampioen op de 400m. De afgelopen weken was die laatste op de sukkel met het ritme in zijn wedstrijden. Vooral een agressieve start ontbrak, maar met Tokio in zicht wordt het dus beter en beter voor de Borlées. Al blijft het wachten op de eerste wedstrijd van hun broer Jonathan, die in de aanloop naar de World Relays begin mei met een blessure af te rekenen kreeg. Bij de vrouwen op baanronde was Beatrice Masilingi uit Namibië aan het feest. Masilingi dook onder 50 seconden met 49″88. Onze noorderbuur Lisanne de Witte had ongetwijfeld op meer dan een laatste stek in 52″68 gehoopt.
Eline Berings kreeg een nieuwe kans om zich te bewijzen op de 100m horden, maar de Belgische recordhoudster in zaal bleef opnieuw op haar honger zitten met 13″37. Berings zakt op de World Ranking naar plaats 43 en heeft zo voorlopig geen uitzicht op een ticket naar Tokio, al komen een aantal hoger gerangschikte dames niet in actie in Tokio. Het wordt dus nagelbijten voor de atlete van RCG. De zege op de hoge horden bij de vrouwen ging naar Marthe Koala met 12″86. De Fransman Wilhem Belocian knalde op de 110m horden naar een niet onaardige 13″35. Al sprak de 800m bij de mannen meer tot de verbeelding. Maar liefst negen atleten bleven onder de olympische limiet van 1’45″20 met maar liefst vier Polen in die top negen. Patryk Dobek, de man die vroeger specialiseerde op de lage horden, was goed voor de zege in een waanzinnig PR van 1’43″73, goed voor een beste wereldjaarprestatie. Dobek liep vier maanden geleden zijn eerste 800m en kan een outsider worden voor olympisch eremetaal.
Ook bij de vrouwen sneuvelde de beste wereldjaarprestatie. De Ethiopische Freweyni Hailu deed met 1’57″57 exact één tiende beter dan de snelste tijd in 2021 van haar landgenote Getachew. De volledige top vijf dook onder twee minuten. Gudaf Tsegay maakte het Ethiopische feestje compleet door na 1500m af te klokken in 3’54″01, de derde chrono van 2021. In het polsstokspringen bij de mannen werd het een duel tussen de broers Renaud en Valentin Lavillenie. Lavillenie senior trok aan het langste eind met een sprong over 5m92, al mocht jongere broer Valentin zeker tevreden zijn met een bevestiging van de olympische limiet van 5m80.