De Belgian Tornados hebben geen zesde Belgische medaille kunnen behalen op het EK indoor. De Tornados, met Alexander Doom, Jonathan, Dylan en Kevin Borlée, liepen in de 4x400m zelden in een kansrijke positie. Toch bracht Kevin Borlée als slotloper de Belgen toch nog in de buurt van het podium.
De Belgian Tornados hebben geen zesde Belgische medaille op het EK indoor kunnen verzekeren. Het kwartet met Alexander Doom, Jonathan, Dylan en Kevin Borlée strandde op een ondankbare vierde plaats in een finale die zoals verwacht gedomineerd werd door het oppermachtige Nederlandse kwartet. Doom ging degelijk van start en trok als vijfde de tweede ronde in. Daarna leek onze landgenoot in te lopen op de concurrenten, maar de debutant bij de Tornados op het allerhoogste niveau kreeg het in de slotmeters knap lastig.
Jonathan Borlée maakte de achterstand op onder meer het Italiaanse en Britse team goed. De ervaren rot probeerde via een riskante beweging langs de binnenkant van de piste op te schuiven, maar de deur ging dicht. Daardoor moest zijn jongere broer Dylan proberen een plaatsje op te schuiven. Dat lukte, aangezien Borlée net na de stokwissel al op en over de Italianen ging. Alle druk lag daardoor op de schouders van slotloper Kevin, die een gigantische kloof wist te dichten, maar op een zucht van het podium strandde. Borlée kwam uiteindelijk slechts 24 honderdsten tekort voor het brons in 3’06″96. Het Nederlandse kwartet snelde naar het goud in 3’06″06, logischerwijs goed voor de snelste Europese chrono van het jaar. Het zilver ging naar Tsjechië, het brons was weggelegd voor de Britten. Kevin Borlée dook was de enige slotloper die onder 46 seconden dook met een split van 45″69.
Ook bij de dames ging het goud naar Nederland. Lieke Klaver, Lisanne de Witte, Marit Dopheid en een ontketende Femke Bol snelden naar een kampioenschaprecord van 3’27″15. Onze nooderburen bleken aan de finish zo ruim een seconde sneller dan het Britse en Poolse team.
