Op 1 maart liep Bashir Abdi zich de Belgische sportgeschiedenisboeken in. De 31-jarige atleet van het NN Running Team was in Tokio goed voor 2u04:49. Hij is pas de tweede Europeaan ooit die onder 2u05 weet te duiken. Abdi verlegt de marathongrenzen in eigen land én daarbuiten. De Gentenaar is vastberaden om zijn beste beentje voor te zetten tijdens de olympische marathon in Sapporo, maar kijkt ook verder vooruit. Een uitgebreide terug- en vooruitblik leest u in onderstaande longread.
Van 2u10:46 naar 2u04:49, dat is de wereld van verschil tussen Bashir Abdi op 8 april 2018 en 1 maart 2020. Noem het gerust een bokkensprong van jewelste, maar wel een sprong die gekenmerkt wordt door hard werk, opofferingen en een ongelooflijke motor. Op nog geen twee jaar tijd is Abdi van de Europese top naar de absolute wereldtop geklommen. Dat bewees hij negen dagen geleden in Tokio met zijn derde BR op een rij en een bijhorende tweede plaats in een Marathon Major. 2u04:49, de op één na snelste Europeaan ooit, sneller dan zijn mentor Mo Farah en zomaar even 2’14 sneller dan zijn eerste BR op de marathon, dat hij vorig jaar op 28 april neerzette. De 31-jarige Gentenaar blijft er bescheiden bij en denkt vooruit naar de olympische marathon in Sapporo.
“De tijd had ik meer verwacht dan de eindklassering om eerlijk te zijn. Tweede worden in een Major, dat had ik nu nog niet voor mogelijk gehouden. Een tijd onder 2u05 was gezien de trainingen eigenlijk wel mogelijk. Dat had mijn trainer Gary (Lough; red.) me ook al duidelijk gemaakt in Sululta (Ethiopië; red.). Ik verbrak op training alle records en kende een vlekkeloze voorbereiding. Ik wist dus dat mits een goede dag en even goede omstandigheden er het een en ander mogelijk was. De reacties na afloop waren geweldig, maar dat betekent niet dat ik mezelf tot de medaillekandidaten ga rekenen voor de Spelen. Als ik realistisch denk, dan zijn er een zestal atleten met meer ervaring én sterkere tijden. Top acht lijkt daardoor een mooie doelstelling”, steekt de marathonloper van wal.
Die 2u04:49 kwam er niet per toeval. Abdi peigerde zich de afgelopen maanden af in Ethiopië. De opofferingen die hij maakte, werden in de Japanse hoofdstad beloond. Een gelijkaardige aanloop staat gepland met het oog op de Spelen. “Atletiek is hard werken. Er zijn geen shortcuts, laat dat duidelijk zijn. In Ethiopië leef ik ver weg van een Westerse comfortzone. Douchen doe je er met een emmer koud water, het verkeer is chaotisch en we zijn er meestal voor dag en dauw aan het lopen. In tegenstelling tot vroeger heb ik die paar maanden training ook echt nodig. Vroeger kon ik toewerken naar een 5.000m of 10.000m door vier of vijf weken op hoogte te gaan trainen. Nu spendeer ik twee tot drie maand op hoogte voor één topwedstrijd. Overleef ik die periode, dan word ik beloond, zoals in Tokio. Hopelijk lukt dat ook in Sapporo”, vervolgt Abdi.
“Een trainingsweek in Sululta bestaat meestal uit twee trainingen per dag, waarbij er op het einde van de week een slordige 200 kilometer op de teller staat. Het trainen voor een marathon is veel moeilijker dan het lopen van de wedstrijd. Het is ook andere trainingsarbeid in vergelijking met vroeger op de piste. Het verzuringsgevoel is er niet. Alles duurt langer, ook de pijn (lacht; red.). Mijn wekker staat meestal rond vier uur ’s ochtends. Vervolgens rijden we met de auto naar de andere kant van Addis Abeba, omdat het verkeer anders hels is. Er zijn daar geen officiële verkeersregels, waardoor iedereen zijn ding doet. Dat loopt nooit goed af”, verduidelijkt hij.
“Het gaat dus niet puur over het vroeg opstaan en het trainen, maar ook over het lang onderweg zijn. Rond vijf uur in de namiddag staat dan een tweede, weliswaar korte training op de planning. Meestal is dat herstellen van het zware werk dat ’s ochtends wordt geleverd. We streven er naar om telkens voor zes uur terug te keren, zodat het niet donker wordt. Dankzijn het NN Running Team heb ik telkens een fysio ter beschikking, wat ook een grote vooruitgang betekent. Qua voeding is het een bijzonder streng dieet met vooral gezond, lokaal eten. Vetten worden zo vaak mogelijk gemeden. Het eerste wat ik gedaan heb als ik terug in Gent was, is naar de frituur gaan. Ik had al zo lang geen frietjes gezien. Bovendien wordt het niet geapprecieerd als je ongezond eten meebrengt op stage”, klinkt het bij de 31-jarige atleet.
2.700 meter boven de zeespiegel
Abdi kiest telkens bewust voor Ethiopië en het plateau waarop Sululta is gelegen, een slordige 2.700 meter boven de zeespiegel. Het is vlot reizen naar de hoofdstad Addis Abeba en vervolgens is het slechts een half uurtje in de wagen. Onze landgenoot trekt dus niet naar Kaptagat in Kenia, waar onder andere Eliud Kipchoge en Geoffrey Kamworor trainen. In zijn voorbereiding naar Tokio kreeg hij ook extra steun van Mo Farah en zijn trainer Gary Lough die van Kenia naar Ethiopië afreisden vanwege de betere omstandigheden, wat Abdi dan weer een boost bezorgde. Lough heeft de sleutel tot succes in handen bij de Belg, want sinds de overstap naar de Schot heeft hij geen enkele grote blessure gekend.
“Reizen naar Kenia is verschrikkelijk. Je bent veel te lang onderweg en zeker naar wedstrijden toe is dat te vermijden. De eerste weken op hoogte is het altijd wennen. Het doet pijn hoor op 2.700 meter, dat kan ik je verzekeren. Niks gaat simpel op die hoogte, maar hoe hoger, hoe beter (knipoog; red.). Het moment dat Gary en Mo in Ethiopië toekwamen, heeft natuurlijk voor extra motivatie gezorgd. Gary streeft naar regelmatigheid en niet naar korte periodes met veel hard werk. Het is logisch dat je als topsporter altijd wat kleine kwaaltjes hebt, want helemaal gezond is het niet. De aanpak, met veel aandacht voor blessurepreventie, zorgt ervoor dat ik al sinds mijn overstap geen enkele grote blessure heb gekend”, aldus onze landgenoot.
Het is duidelijk dat Lough een bepaalde vorm van gezag heeft en die houding loont ook. Abdi kreeg in 2017 nog het advies om voor onbepaalde duur te stoppen met atletiek vanwege een breuk in zijn knie. De afgrond van toen maakt nu plaats voor de wereldtop in een discipline die al lang op de planning stond. “Vroeger liep ik door de pijn, omdat ik het idee had dat het me sterker zou maken. Tot ik het advies heb gekregen om er bijna helemaal mee te stoppen. De enige behandeling was toen om lang niet te lopen. Gelukkig is dat er niet van gekomen. Het doel was altijd al om na de Spelen in Rio stelselmatig de overstap naar de weg te maken. Ik moest echter nog één iets verwezenlijken op de piste en dat was een medaille op de een kampioenschap. Het voelde alsof ik dat bijna verschuldigd was aan België voor de gastvrijheid die ik hier krijg. In Berlijn schoot ik dan eindelijk raak (Abdi werd vice-Europees kampioen op de 10.000m in 2018; red.). Het signaal om die belangrijke overstap te maken, ondanks dat ik toen in april al mijn debuut had gemaakt natuurlijk”, vertelt hij.
“Tussen die hoge gebouwen was mijn GPS het noorden kwijt”
Abdi koos in Tokio opnieuw voor een afwachtende tactiek met een splijtende slotfase. Het leverde hem een tweede plaats en dito tijd op. Die tactiek lag overigens op voorhand vast, op uitzondering dan van één move in de aanvangsfase. “Het plan was om de tweede groep te volgen met voornamelijk Japanse atleten, maar rond kilometer vijf had ik door dat het eigenlijk net te traag ging en de kopgroep eigenlijk niet zo ver voorop liep. Het was een goede keuze om de sprong te wagen. Ik heb het geluk gehad dat de hazen eigenlijk te traag hebben gelopen, waardoor de kopgroep halfweg nog behoorlijk intact was. Nadat die groep werd uitgedund en ik in een tweede groepje belandde, viel het tempo stelselmatig terug. Dat had ik in eerste instantie niet door, want mijn GPS gaf aan dat ik het goede tempo liep, maar blijkbaar was die het noorden kwijt door de hoge gebouwen in Tokio”, lacht Abdi.
Na kilometer 30 kon onze landgenoot rekenen op de Japanner Suguro Osako, die zijn eigen tempo had gekozen en aan een stevige opmars was begonnen. Osako nam de tweede groep met Abdi op sleeptouw. “De terugkeer van Suguro was het moment om wakker te worden. Hij plaatste meteen een serieuze versnelling en ik had vooraf ook gehoopt dat hij er op dat moment van de wedstrijd nog bij zou zijn. Ik heb toen zo zuinig mogelijk plaats per plaats gewonnen tot hij en ik overbleven. Het had leuk geweest om samen naar de finish te lopen, maar hij had misschien zijn kruid iets te vroeg verschoten. Die versnelling op het einde kan ik echter niet garanderen in Sapporo, aangezien het een volledig ander gegeven wordt in een kampioenschapsmarathon, mijn eerste overigens. Ik ga op vlak van omstandigheden met Team Belgium samenwerken om onder meer in een warmtekamer te trainen. Tot nu toe heb ik mijn marathons in Belgische omstandigheden gelopen hé”, vertelt de atleet van RCG.
“Vooraf hoopte ik stiekem op het podium, al maakte ik op basis van PR’s weinig kans. Ik heb me ook niet te veel bezig gehouden met de mogelijke chrono die kon volgen. Achteraf gezien heb ik geen seconde spijt gehad van mijn keuzes onderweg. Sommige mensen dachten dat ik misschien had kunnen winnen, of in de buurt van het Europees record (2u04:16 van Kaan Kigen Ozbilen; red) kon finishen, maar dat bewaar ik hopelijk voor de toekomst”, zegt hij.
“Vind de Alphafly eigenlijk maar niks”
Er was de afgelopen maanden héél veel te doen over de schoenen van afstandslopers. Na afloop van een wedstrijd wordt er meer dan ooit naar het schoeisel en minder naar de atleet in kwestie gekeken. Abdi is via zijn team gesponsord door Nike en kan daardoor ‘profiteren’ van de Vaporfly-lijn. Toch opteerde hij niet zoals vele concurrenten voor de nieuwste Alphafly, maar voor de NEXT%, waarmee hij ook al in Londen en Chicago zijn BR liep.
“Ik vind die nieuwe schoenen eigenlijk maar niks. Ik had ze opgestuurd gekregen en heb ze grondig uitgetest. Mijn enkels en voeten hebben vooral afgezien door de schoenen. Blaren en verzwikte engels horen blijkbaar bij de Alphafly, maar dat hoeft voor mij niet. Ik wil vooral tonen aan mensen dat mijn prestaties los van de schoenen ook écht zijn. Na Londen beweerden velen dat de schoenen het verschil maakten. Nu heb ik dat minder gehoord. Om nog even terug te komen op de Alphafly: de derde van Tokio zei me na afloop dat de schoenen hem één van zijn ergste ervaringen hadden bezorgd en de winnares bij de vrouwen kwam met een verzwikte enkel over de finish”, verduidelijkt de schoenenkenner in Abdi.
“Bestempel mezelf niet als medaillekandidaat in Sapporo”
Na zijn tweede stek in Tokio behoort Abdi in theorie tot een outsider voor de medailles op de Spelen. Zelf neemt hij dat niet in de mond. De top tien waar hij in oktober van sprak is de top acht geworden. “Realistisch gezien reken ik mezelf niet tot de medaillekandidaten. De top acht zou mooi zijn, zeker omdat er in mijn ogen minstens zes atleten over snellere tijden beschikken én tonnen ervaring hebben in vergelijking met mijn vier marathons. Het is wel fijn dat mensen me tot de kandidaten rekenen en ik zou het ook heel mooi vinden, maar ik blijf liever wat realistisch ingesteld. Kenenisa Bekele en Eliud Kipchoge torenen er natuurlijk bovenuit, maar daarnaast zijn er nog namen zoals Birhanu Legese (de enige man die voor Abdi finishte in Tokio; red.), Galen Rupp (die de Amerikaanse trials won en in Rio goed was voor brons; red.) en Lelisa Desisa (de regerende wereldkampioen; red.)”, vervolgt de Gentenaar.
Abdi maakte in Tokio van dichtbij kennis met de gevolgen van het coronavirus. Er stonden 200 lopers in plaats van de gebruikelijke 38.000 aan de start. In het straatbeeld liepen zelfs huisdieren met mondmaskers. Het virus hangt als een soort zwaard van Damocles boven de sportwereld in het algemeen.”Bij de start keek ik achter me en er gaapte een enorme leegte. Het gaf me een heel vreemd gevoel, want de massa hoort bij een Marathon Major. Gelukkig stond er tijdens de wedstrijd wel aardig wat publiek te kijken, omdat het een ook soort van Japans kampioenschap was, wat compenseerde. Op uitzondering van de hoge gebouwen had het evengoed een kleine stratenloop in Gent kunnen zijn”, legt hij uit.
“Er wordt rekening gehouden met het feit dat Spelen verplaatst zouden worden op de kalender. Het is natuurlijk geen sinecure qua planning, maar het gaat hier om overmacht. Zelf heb ik wel gemerkt dat Japan klaar is om te organiseren. De taxi’s hebben al logo’s van de Spelen, de infrastructuur staat op punt en ze stellen alles in het werk om er een topeditie van te maken. Het is een heel vervelende situatie, maar gezien de maatregelen hoop ik dat het opgelost geraakt. De marathon is echter bijzonder belangrijk in Japan en zeker in Tokio.”
Voor de tweede keer papa
Abdi wordt in juni voor de tweede keer vader en heeft de afgelopen jaren veel tijd weg van huis geweest. Het zijn grote opofferingen, maar zijn familie apprecieert wat hij als atleet en mens doet. “Mijn familie leeft meer dan ooit mee, zeker in een olympisch jaar. Gelukkig zijn de resultaten er, want anders zouden de opofferingen niet zo vanzelfsprekend zijn voor mezelf en de buitenwereld. Ik heb het geluk om zo goed omringd te worden door een fantastisch gezin. Mijn vrouw is geweldig. Ze is zo begripvol en dat is ook wel nodig als ik al die tijd in het buitenland zit op stage. Mijn dochtertje Kadra (anderhalf jaar jong; red.) herkent me vooral dankzij FaceTime en social media. Gelukkig zijn zo’n zaken er om regelmatig in contact te staan met mijn familie, anders zou het bijzonder moeilijk zijn. Als ik in Gent bent, dan zie ik mijn familie (vader, broers en zus) meestal dagelijks”, verklaart de man met de eeuwige smile.
“We verwachten ons tweede kindje in juni. De bevalling is uitgerekend op 6 juni, wat erg toevallig is, aangezien het theoretisch gezien kan samenvallen met mijn uitwuifmoment in Gent (daarover hieronder meer; red.). Ik ga van de eerste weken en maanden niet veel kunnen meemaken door de Spelen, maar dat kan ik hopelijk als hij/zij iets groter is wel uitleggen”, aldus papa Abdi.
“Mensen kijken te veel naar de prestatie en niet naar het werk dat erachter schuilt”
Mo Farah kwam onlangs in opspraak in de Britse media rond het gebruik van L-carnitine in zijn periode bij het Nike Oregon Project. Bepaalde journalisten verwijten Abdi dat hij zo close is met de Britse superster, die weliswaar nooit betrapt is geweest op een verboden substantie. “Laat me eerst en vooral zeggen dat ik vind dat bedriegers hard moeten gestraft worden. Op de piste heb ik jaren zitten jagen op onzuivere Belgische records (Mohammed Mourhit bezit alle BR’s tussen 3.000m en 10.000m; red.). Op de weg is dat gelukkig minder het geval. Als mensen vragen hebben, dan zal ik hen de komende jaren van een antwoord dienen met prestaties. Het is heel simpel om een mening te hebben tegenwoordig, maar wat de mensen niet zien is het werk achter een prestatie”, verduidelijkt Abdi.
“In de aanloop naar Tokio ben ik drie keer gecontroleerd. Het weekend van de marathon zowel voor en na mijn prestatie. Een BR zonder dopingcontrole achteraf is geen BR hé! Ik word maandelijks gecontroleerd en vind dat ook maar normaal. Ik wil iets achterlaten als atleet en mens. Mijn prestaties moeten een boodschap worden voor jongeren die ook potentieel hebben, maar het nog niet weten. Ik ben ook van 0 begonnen, maar mijn drang om iets te betekenen voor de maatschappij heeft geloond. Zelf heb ik bepaalde doelen nodig om optimaal te presteren”, klinkt het.
In 2007: “Als die horden er volgende keer staan, dan kom ik niet meer”
Abdi heeft sinds 2007 een enorme weg afgelegd. Van atleet op provinciaal niveau ging het gestaag richting de Belgische en vervolgens ook Europese top. Aan die groei als atleet hangen een aantal geweldige anekdotes vast. Het verschil tussen de piste en de weg is ook duidelijk voelbaar. “In tegenstelling tot vroeger op de piste waarbij je makkelijk 5-10 wedstrijden per jaar kon lopen zijn er nu twee à drie grote kansen per jaar. Je voorbereiding mag overigens nog zo goed zijn, als je die dag niet goed bent, dan ben je er aan voor de moeite. Ik heb een hele weg afgelegd. In 2007 ben ik gestopt als voetballer en is het hier in Gentbrugge (waar ook de persconferentie gepland stond; red.) allemaal begonnen onder het goedkeurend oog van mijn toenmalige trainer Peter (Robbens; red.). Toen ik nog in Afrika woonde, begreep ik niks van atletiek. Waarom zou je in godsnaam rondjes gaan lopen op een piste. Dat is toch gewoonweg doelloos. Bij voetbal heb je nog het lopen achter de bal, maar atletiek als sport. Ik begreep het écht niet”, vertelt de atleet.
Peter Robbens vult aan met een anekdote: “Bashir had veel moeite met het technische aspect van lopen. Op zijn eerste oefencross was hij meteen goed voor het podium, weliswaar in een truitje van David Beckham, met bijhorende voetbalschoenen en van die lange kousen. Die medaille deed toen zichtbaar deugd. Ik herinner me dat we toen vaak aan zijn hordetechniek werkten op training. Bashir liep alles omver tot het op een moment zo ver kwam dat hij me zei: ‘Als je volgende week nog horden plaatst, dan kom ik niet meer’. Ik heb die bewuste horden niet geplaatst. Had ik het wel gedaan, dan was er misschien nooit sprake geweest van de atleet Bashir Abdi, ofwel was ons land een steengoede atleet op de steeple rijker”.
“Toen vond ik wedstrijden nog heel stresserend. Ik moest altijd naar het toilet en kon de zenuwen niet de baas. Trainen op zich vond ik heel aangenaam, maar voor wedstrijden had ik een bepaalde afkeer. Het heeft echter jaren geduurd vooraleer ik dacht dat ik werkelijk iets kon betekenen in deze sport. Mijn Belgische veldlooptitel van 2012 heeft de knop omgedraaid. De zomer erna stond ik op het EK op de piste en werd ik vierde en achtste op respectievelijk de 10.000m en 5.000m. Ik ben een laatkomer, maar mijn beste jaren moeten nog komen. Op de marathon ben je op je top van je kunnen tussen 31 en 35 (Abdi werd in februari 31; red.), dus ik heb het geluk dat ik normaal op twee Olympische Spelen kan pieken”, gaat Abdi verder.
Na de Spelen: “ER op marathon en BR op halve marathon in het vizier”
Geen gedurfde uitspraken over de Spelen van komende zomer, maar ook na Sapporo blijft Abdi branden van ambitie. Zo wil hij twee records aanvallen de komende jaren én staat hij mogelijk nog aan de start van een derde marathon in 2020. “In Tokio ben ik al behoorlijk in de buurt van het Europees record geraakt. Ik hoop de komende jaren zeker een gooi te doen naar die tijd. Dat betekent ook dat ik mijn BR nog wil aanscherpen. Al staat het BR op de halve marathon (Mohammed Mourhit 1u00:18 in 1997; red.) ook op mij agenda. Het zou mooi zijn om als eerste Belg onder het uur te duiken. Met mijn tweede stek in Tokio in het achterhoofd bestaat de kans dat ik nog een Major loop in 2020 om mee te spelen in het klassement (waar vette geldprijzen aan vasthangen; red.)”, besluit hij. De Major waar Abdi in een olympisch jaar nog aan de start kan verschijnen, lijkt die van New York te gaan worden. Die marathon wordt gelopen op 1 november in the Big Apple.
Halve marathon 2 Tokyo
Op 6 juni wuift Abdi zijn thuisstad op symbolische wijze uit tijdens een unieke halve marathon. Abdi gaat als allerlaatste van start, 50 minuten na de eerste starters. Het wordt dus een inhaalrace om u tegen te zeggen, waarin de lopers worden aangemaand om rechts te houden, zodat de snelste marathonloper die ons land ooit gekend heeft vlot kan inhalen.
“We voorzien het maximaal aantal deelnemers op 1.000 zodat het leefbaar blijft. Er wordt een mooi, vlak parcours voorzien langs de Schelde met start en aankomst op de piste van het Wouter Weylandtstadion. Het wordt een mooi sportief moment om Bashir uit te zwaaien met het oog op de Spelen. We hopen er nog enkele andere Gentse olympiërs in te betrekken”, vertelt organisator en boezemvriend van de atleet Bert Misplon. De Halve Marathon 2 Tokyo zal u integraal kunnen volgen aan de hand van een livestream.