Wie stilaan onrustig wordt omdat hij de WK-adrenaline al door zijn lijf voelt gieren, heeft gelijk. We zijn in de laatste 48 uur voor de aftrap van hét atletiekevenement van 2019 beland. Wij blikken in een vijfdelige voorbeschouwing vooruit, vandaag zijn de Belgische afstandslopers aan de beurt. Ze zijn met zijn achten in Doha, dubbel zo veel als twee jaar geleden in Londen. Kunnen zij tussen het Afrikaanse geweld voor een verrassing zorgen?
De allereerste Belg die in Doha in de arena komt, spurters en kampers ingebrepen, is Renée Eykens op de 800 meter. Ze werd pas minder dan een week geleden opgevist, van een ideale voorbereiding is geen sprake. Eykens bengelt logischerwijze ook behoorlijk achterin op de startlijst, maar staat wel geboekstaafd als een kampioenschapsspecialiste. Denk maar aan Rio, haar twee gouden jeugdplakken of recent nog het EK indoor in Glasgow. Ze leest de races goed en maakt daardoor een behoorlijke kans op de halve finales, de sleutel zal in de laatste rechte lijn liggen. Daarin durfde ze het dit seizoen wel eens laten afweten.
Eykens is niet de enige Belgische afstandsloper vrijdag. Ze zijn met liefst vijf landgenoten op de openingsdag. Isaac Kimeli, 19e op de startlijst, is op de 5.000 meter een van de grootste en meteen ook weinige Belgen met een aanzienlijke kans op een finaleplaats. Hij bewees de afgelopen maanden dat hij zowel in een trage als in een tactische reeks in staat moet zijn te overleven. Zijn trainingsmaatje Robin Hendrix (30e op de startlijst) is evenmin kansloos voor een plekje in de finale, maar staat wel een trapje lager in de pikorde dan Kimeli. Hij zal wat meeval moeten hebben met de reeksindeling en vooral de perfecte wedstrijd lopen. Stel je voor, twee Belgen in de finale. Dat is nooit eerder gebeurd op de 5.000 meter. In die finale rekenen we vooral op Kimeli, die in een goeie dag top tien kan halen.
Om één minuut voor middernacht lokale tijd, een uurtje eerder in België, is het vrijdag tijd voor de vrouwenmarathon. Het wordt een ware slijtageslag bij een temperatuur van ongeveer 34 graden. Zonder enige twijfel zullen tal van atletes tegen de muur lopen, goed indelen is de boodschap. Als nummers 58 en 62 op de deelnemerslijst moeten we van Hanna Vandenbussche en Manuela Soccol niet al te veel verwachten, al heeft Vandenbussche wel haar allereerste hoogtestage achter de rug en is Soccol goed in de hitte. De Limburgse loopt vrijdag overigens haar laatste marathon, van een warm afscheid gesproken.
Acht dagen na de vrouwen is het op zaterdag 5 oktober de beurt aan Thomas De Bock voor zijn marathon. Hij staat als 53e ingeschreven, net iets hoger dan de Belgische vrouwen dus, maar staat niet bekend als een goeie warmteloper. Afwachten hoe hij er deze keer mee omgaat, een progressieve wedstrijd waarbij hij te ambitieus gestartte atleten opraapt moet hem in principe wel liggen.
Naar de kansen van Ismael Debjani op de 1.500 meter hebben we een beetje het raden. Hij trapte zijn seizoen door een blessure pas eind augustus goed en wel af, vraag is of hij sindsdien nog een stap voorwaarts heeft gezet. Als nummer 32 op de startlijst is hij in principe een outsider om de halve finales te bereiken, Debjani is een goeie finisher en moet die klus in principe wel kunnen klaren. In zijn allerbeste vorm is hij zelfs een kanshebber op een finaleplaats, maar vermoedelijk heeft hij net te weinig tijd gehad om die supervorm te bereiken. Ook Kimeli is ingeschreven voor de 1.500 meter, maar gaat alleen van start als de 5.000 meter tegenvalt.
Op de laatste avond van het WK is het de beurt aan Soufiane Bouchikhi voor de rechtstreekse finale van de 10.000 meter. Hij staat net als Kimeli op de halve afstand als 19e ingeschreven, maar is iets minder snel aan de finish en heeft daarom een kleinere kans op een topnotering. Bouchikhi kon bovendien zijn beste vorm nog niet vinden in 2019, maar wie weet heeft hij het beste voor het laatste bewaard.