Eline Berings heeft zich op minder dan twee weken voor het afsluiten van de selectieperiode nog niet kunnen plaatsen voor het WK in Doha. Eind juli dook Berings al eens onder de gevraagde tijd van 12″98, maar de wind blies te fel in het voordeel. Daarna begon de achillespees opnieuw op te spelen en was de hordeloopster opnieuw op alternatief trainen aangewezen. De tijd begint te dringen en dat beseft ook Berings. “Ik ben realistisch en besef dat het heel moeilijk zal worden, maar ik heb de limiet zeker nog niet uit mijn hoofd gezet.”
Eline Berings kwam afgelopen vrijdag en zaterdag voor het eerst sinds de KBC Nacht nog eens in actie. Een achillespeesblessure hield haar meer dan twee weken aan de kant. Het was een ongewoon beeld om 13″54 en 13″56 achter haar naam te zien verschijnen nadat ze vorige zomer quasi elke wedstrijd onder de 13″00 dook. “Het is heel confronterend om zo’n tijden te zien staan”, vertelde Berings zaterdag na haar wedstrijd in Huizingen. “Ik wist op voorhand dat ik een dag later niet plots veel sneller zou lopen, maar ik voelde dat ik wedstrijdritme nodig heb en besloot daarom om opnieuw de spikes aan te trekken. Een wedstrijd lopen blijft de beste training en is voor mij de enige manier om beter te worden.”
De Gentse kon zich deels verzoenen met het feit dat ze de dagen voordien nog stevig heeft doorgetraind en niet helemaal uitgerust aan de start verscheen. “Ik moest keuzes maken en heb beslist om nog een week hard door te trainen. Dit moet ik nu bekopen. Ik had het ook rustig aan kunnen doen, maar door de tijdsnood moest ik die trainingen gewoonweg afwerken. Ik ben er zeker van dat ik sneller kan lopen, maar dat ik nu gewoon te vermoeid ben. Het wordt zaak om op het Belgisch kampioenschap fris van start te kunnen gaan en zo een serieuze hap uit deze tijd te nemen. Of het snel genoeg zal zijn, dat weet ik niet. Mocht ik nu vandaag 13″3 gelopen hebben, dan zou ik zeggen dat het haalbaar is. Met 13″5 hebben we een heel ander verhaal. Maar goed, ik heb het in het verleden nog al klaargespeeld. Ik ken mijzelf en als ik echt moe ben kan dat een groot verschil in tijd maken. Dan verlies ik heel snel mijn explosiviteit. Ik kan nu totaal niet ontploffen en als ik dat terugvind zullen mijn tijden een serieuze duik nemen”, analyseerde de atlete.
Er resten wellicht nog slechts twee pogingen om onder die gevraagde 12″98 te duiken. Berings beseft dat het moeilijk wordt om zich te plaatsen voor het WK. “Ik loop niet met het idee rond dat ik de limiet moet lopen. Ik ben realistisch. Ik besef dat het lastig wordt om mij na zo’n moeilijk seizoen nog te plaatsen, maar ik ga tot op het laatste moment knokken om er in Qatar bij te zijn. Ik stel er mij op in dat het BK de twee laatste wedstrijden worden. Als die meevallen, dan maak ik misschien nog aanspraak op deelname aan de Memorial Van Damme, maar met mijn tijden van dit weekend is dat niet aan de orde.”
Mocht die wind in Heusden nu een tikkeltje minder fel hebben geblazen, dan had alles er een pak rooskleuriger uitgezien voor Berings. “Het was dag en nacht verschil geweest mocht ik mij in Heusden geplaatst hebben. Het WK is pas over zo’n vijf weken, dus dan pieken is een haalbare kaart. Nu moet het op een week tijd en dat is andere koek.”
Nadat een blessure haar deze winter al weghield van het EK indoor zal het een stevige opdoffer zijn mocht Berings opnieuw vanaf de zijlijn moeten toekijken. “Het seizoen draait altijd grotendeels om de kampioenschappen, dus natuurlijk zal de teleurstelling groot zijn mocht ik het niet halen. Zeker omdat ik weet wat ik kan. In mei voelde ik mij stilaan echt klaar om mijn seizoen te kunnen openen met 12″90 en om dan steeds sneller te gaan. Net toen begon mijn motor te sputteren en dan wordt het heel lastig, ook mentaal. Iedereen zei altijd dat ik nog veel tijd heb omdat het WK zo laat valt, maar tijd is relatief als je geblesseerd bent. Stiekem hoop ik dat er nog iets top uitkomt omdat ik er hard voor gewerkt heb. Ik kan mij gelukkig optrekken aan het feit dat ik wel pijnvrij loop en dat is niet evident want er staan heel wat kilometers op mijn pezen”, besloot de hordeloopster.