Als Nafi Thiam in actie komt, dan kijkt heel België mee. Zeker als ze voor het eerst in meer dan tien maanden een meerkamp afwerkt. In aanloop naar haar ‘comeback’ dit weekend in Talence probeert de olympische kampioene de verwachtingen wat te temperen. “Jullie, journalisten, verwachten altijd heel veel van mij. Ik kom nog maar net uit blessure, dan moet je niet denken dat ik het Europees record ga verbeteren.”
Het was een opvallend beeld op de persconferentie van de Décastar in Talence. Kevin Mayer, de wereldrecordhouder op de tienkamp, komt in eigen land in actie. Op de plaats waar hij zijn wereldrecord vestigde nota bene. Resultaat: vijf Franse journalisten aanwezig. Ook Nafi Thiam komt in actie, toch een eindje van huis, resultaat: acht Belgische journalisten aanwezig. Het zegt iets over het vergrootglas waar de zevenkampster sinds haar olympische titel in Rio permanent onder ligt.
Wat doet dat met jou, al die media-aandacht?
Thiam: “In zekere zin zorgt dat wel voor druk. Jullie, journalisten, verwachten altijd heel veel van mij. Ik kom nog maar net uit blessure, dan moet je niet denken dat ik het Europees record ga verbeteren. Maar het hoort er bij, en ondertussen ben ik er wel aan gewend geraakt. Op de Spelen in Rio kon ik echt nog ongestoord mijn ding doen, tot ongeveer het einde van de eerste dag. Sindsdien is die aandacht er. Ik probeer het mij niet aan te trekken. Maar de dag dat ik het laat afweten op een kampioenschap, of het nu in Doha is of pas over drie jaar, vrees ik dat ik afgemaakt wordt.”
Wat verwacht je zelf dit weekend?
“Ik ben hier niet op zoek naar een bepaald puntentotaal, wel naar een goed gevoel. Als er iets is wat ik mij afvraag, is het hoe mijn lichaam de belasting van zeven proeven op rij gaat verteren. Angst is te sterk uitgedrukt, maar ik ben toch benieuwd hoe ik de tweede dag zal doorkomen. Ik voel me alleszins goed, en op de 200 meter heb ik mezelf op de interclub echt verbaasd. Maar als je dit seizoen met een WK in oktober vergelijkt met een normaal seizoen, is het nu eigenlijk nog maar april. Dat is nog héél vroeg voor een goeie zevenkamp.”
Hoelang is de pijn in de kuit, die je weghield van het EK indoor, al weg?
“Eigenlijk al heel lang, maar dat je niets meer voelt wil niet zeggen dat een blessure volledig genezen is. Sinds april ben ik weer serieus aan het trainen, tevoren was het alleen wat fietsen en aquajoggen. En ook op stage in Belek in april heb ik nog drie dagen stilgelegen omdat de dokter vaststelde dat er te veel spanning op mijn kuit zat.”
Dan ben je waarschijnlijk nog niet in topvorm momenteel?
“Helemaal niet. Ik voel me wel goed hoor, maar verre van 100 procent. Dat maakt ook dat ik niet ongeduldig ben om aan de zevenkamp te kunnen beginnen, in tegenstelling tot wat iedereen denkt. Als je ergens niet klaar voor bent, heb je er ook geen zin in, en ik ben nog niet zo lang klaar voor een meerkamp. Het zou echt naïef zijn om te denken dat ik na twee maanden trainen al op de top van mijn kunnen ben. Normaal begin ik in oktober te trainen voor Götzis, in mei.”
Ben je genoeg in vorm voor de olympische limiet van 6.420 punten?
“Als ik die niet haal … dan heb ik een probleem! De wedstrijden van de laatste weken zijn goed gegaan, dus ik verwacht eigenlijk dat ik die limiet gemakkelijk zal halen.”
De topvorm is weggelegd voor Doha?
“Dat is de bedoeling. Ik verwacht mij met elke week dat Doha dichterbij komt iets beter te voelen, en zo resten er nog heel wat weken. Bovendien rond ik eind augustus in principe mijn studies af, en wat daarna volgt zie ik toch als een soort tweede deel van mijn carrière.”
Hoe bedoel je? Ga je nog beter worden?
“Door geen energie meer in die studies te moeten steken, verwacht ik toch nog progressie te kunnen maken. Pas op, ik spreek niet over een reuzensprong voorwaarts, hè. Maar ik denk wel dat het mij zal helpen om mijn potentieel maximaal te benutten. Dat is eigenlijk wat mij het meest bezighoudt in deze sport.”
Betekent dat dan records verbeteren? Want alle titels heb je al.
“Dat betekent dat ik op lange termijn wil denken om op die manier alles eruit te halen. Ja, mijn speerwerpen was goed met de vorige aanlooptechniek. Maar ik wil nog beter worden, en daarvoor is een aanpassing nodig, ook al bezorgt die mij op korte termijn mindere resultaten. Soms zorgt dat zelfs voor een kleine clash met mijn coach Roger. Hij wil dat ik nog meer titels win, en ik snap dat. Daarvoor is hij coach. Maar ik ben er meer mee bezig om op termijn de best mogelijke versie van mezelf te worden en waarom niet het Europees record aan te vallen.”
Ga je je studies ook missen of ben je alleen maar blij dat het bijna achter de rug is?
“Bij andere mensen zijn en over andere dingen praten, dat ga ik zonder twijfel missen. Het gegeven van slagen of falen dan weer helemaal niet, want die stress heb ik in de atletiek ook al. Ik zal op zoek moeten naar een andere bezigheid waarmee ik mijn gedachten kan verzetten, zonder dat het stress geeft. Heler dagen Netflix liggen kijken, dat is niks voor mij.”