Het Olympic Running Team liep zich gisteren in de kijker op de uitzonderlijk koude Sfinx Ekiden in Gent. Twee weken alvorens de ploeg naar Flagstaff trekt, was de Watersportbaan de uitgelezen locatie om hun capaciteiten in de verf te zetten. Simon Debognies liet zich het meest opmerken, de 21-jarige TEW-student waagt zich deze zomer aan de 10.000 meter.
Dat het Belgisch en Europees record onveranderd bleven, leek gisteren op de Sfinx Ekiden eerder een bijzaak. Het barre winterweer en de bittere kou eisten een hoofdrol op, deze negende editie was veruit de koudste van alle aflossingsmarathons. Na Philip Cortvriendt, Isaac Kimeli en Jeroen D’hoedt mocht Simon Debognies aan zijn 10 kilometer beginnen. “Wanneer ik Isaac zag opboksen tegen de wind, wist ik al hoe laat het was”, vertelt Debognies na afloop van de wedstrijd. “Een recordverbetering leek er niet meer in te zitten, maar toch heb ik mij in de eerste van twee rondes niet gespaard.” De jongste van het zestal ontwikkelde een stevig tempo en toonde zich halfweg ongeveer even snel als teammakkers Jeroen D’hoedt en Thomas De Bock, die 5 kilometer voor hun rekening namen. Debognies onderstreepte zijn goede vorm in de tweede ronde om na 30’01 de tasuki door te geven. “Vanaf kilometer 3 tot kilometer 4 had de wind vrij spel en moest ik wat gas terugnemen. Toch kan ik tevreden zijn over mijn vormpeil, het gaat steeds beter en beter.”
Drie weken geleden legde Debognies beslag op de derde plaats op het BK veldlopen in Brussel. Sindsdien werd de trainingsarbeid stelselmatig opgedreven en nam ook de conditie een hoge vlucht. De examens zitten niet meer in de weg en het zomerseizoen komt stilaan tevoorschijn. “Ik ben aan het aftellen naar de hoogtestage in Flagstaff, die nu nog twee weken van ons verwijderd ligt. Ik slaap momenteel al in een hoogtetent, zo kunnen we ter plaatse de basisconditie verder uitbouwen.” Alles loopt voorlopig op wieltjes, wellicht volgt half april de eerste belangrijke waardmeter. “Normaliter begin ik mijn seizoen in Los Angeles met een 5.000 meter. Op 3 mei wil ik mij in Stanford voor het eerst aan een 10.000 meter wagen, in de hoop dat ik na die wedstrijd twee EK-limieten op zak heb. Het Europees kampioenschap in Berlijn vormt hoe dan ook het hoofddoel, daar wil ik mijn beste wedstrijd van het seizoen afleveren.”