Zondag kroonden onze Belgian Tornados zich tot bronzen medaillewinnaars op het WK in Birmingham. In een razendsnelle wedstrijd lukte het Kevin Borlée om Trinidad en Tobago 1 honderdste voor te blijven. Dat de broers Borlée een sterk trio zijn, is al langer geweten maar iedereen heeft dit weekend mogen kennismaken met 18-jarig supertalent Jonathan Sacoor die de rol van 4de man vertolkte. Hieronder laten we Jean-Marie Bras aan het woord. De man die al jaren het roer in handen had en Sacoor naar zijn voormalig niveau heeft geloodst.
Jonathan Sacoor, je poulain, snelt samen met de broers Borlée naar een fenomenale bronzen medaille op het WK. Had jij verwacht dat hij dit op deze leeftijd al zou waarmaken?
“Dat weet je natuurlijk nooit op voorhand. Wel heb ik altijd gezegd dat Jonathan de capaciteiten heeft om het zeer ver te schoppen. Ik durf met veel vertrouwen te zeggen dat we nog niet alles hebben gezien van deze jonge knaap. Dit is slechts een begin en hij heeft nog een lange weg af te leggen. Waar Jonathan uiteindelijk geraakt, zal afhangen van enkele belangrijke factoren zoals blessurevrij blijven, de voetjes op de grond houden en vooral hard blijven verder werken.”
Die split-tijd van 45″83, wat betekent dat volgens jou? Is er nog veel progressiemarge?
“Dit is moeilijk te zeggen, want in een aflossing krijg je nog eens een extra boost die je naar een hoger niveau brengt. Maar die tijd van 45″83 moet hij dit jaar zeker outdoor kunnen bevestigen. De tijden die op training worden gelopen, zijn telkens weer sneller en het Belgisch indoorrecord op de 300m heeft hij flink wat scherpergesteld enkele weken geleden. Jaar na jaar blijft hij me weer verbazen, dus ik durf wel zeggen dat er nog een ruime progressiemarge is. Jonathan heeft ons nog maar het topje van zijn ijsberg laten zien.”
Hoe verloopt de samenwerking op vlak van coaching met Jacques Borlée?
“De samenwerking met Jacques verloopt goed. Jonathan is nu een jaar onder zijn vleugels aan het trainen en dat op aanvraag van mezelf. Mensen zullen zich misschien afvragen waarom ik zo een atleet door iemand anders wil laten coachen. Wel, bij Jacques Borlée krijgt hij alle mogelijkheden om zich volledig te ontwikkelen, hij is daar in goede handen. Jacques weet waarmee hij bezig is en Jonathan verdient de best mogelijke omkadering om uit te groeien tot een topatleet. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat ik hem helemaal niet meer coach. Hij vervolledigt namelijk iedere vrijdag mijn trainingsgroep bij OEH. Ook als hij niet mee op stage is of drukke schoolperiodes heeft, komt hij nog in Huizingen trainen. Deze zomer tijdens het Europees juniorenkampioenschap ben ik ook meegereisd om hem te begeleiden. Het komt erop neer dat ik tot vorig seizoen mijn best heb gedaan om hem zo ver mogelijk te brengen en dat ik het tijd vond om hem bij de grote jongens te laten aansluiten. Ik ben best fier dat ik hem tot veel mooie dingen heb gebracht, maar hij is in goede handen nu en Jacques zal hem nog veel verder brengen. Maar ik hoor er nog steeds een beetje bij en Jonathan komt graag ’thuis’ bij ons in de club en dat maakt mij tot een zeer gelukkig trainer.”
Welke aanpak heb je gebruikt om deze jonge man naar zo een hoog niveau te loodsen?
“Ik geef al een hele lange tijd training en heb tal van atleten onder mijn vleugels gehad. Bij Jonathan heb ik het niet anders aangepakt dan bij alle andere, ik heb gewoon mijn ding gedaan. Dat wil onder andere zeggen dat we eerst aan zijn uithouding gewerkt hebben en daarna vooral aan de snelheid. Wat Jonathan onderscheidt van al die andere atleten is dat hij met zo een natuurlijke souplesse heel mooi en groot loopt. Op zijn gezicht kan je niet aflezen dat hij vermoeid is, het is soms indrukwekkend om deze kerel aan het werk te zien op training. Voor de rest heb ik hem vooral zo goed mogelijk proberen bijstaan in het maken van keuzes, omgaan met mindere periodes en leren vooruit te denken. We werkten telkens richting kampioenschappen en Jonathan stond iedere keer in topconditie aan de startlijn. Als ik er zo op terugblik ben ik tevreden over mijn aanpak en leer ik daar zelf ook nog steeds uit om mee te nemen naar mijn andere atleten toe.”
Hoe trots ben je om trainer te zijn van dit supertalent?
“Gisteren was ik supertrots, de tranen stonden in mijn ogen. Maar als ik eerlijk moet zijn, heeft hij dit wel aan Jacques te danken. Hij is de hoofdtrainer. Ik ben blij dat ik de keuze heb gemaakt om Jonathan naar Jacques door te verwijzen, maar ik ben toch enorm gelukkig dat hij nog steeds een deel wil uitmaken van mijn groep. Zo een atleet mogen trainen, dat geeft echt een kick!”
“Naar de toekomst toe wens ik Jonathan een mooie carrière waar hij toont wat hij in zijn mars heeft. Hij wordt omringd door de juiste mensen die hem hierin heel goed ondersteunen. Bij deze zeg ik graag nog even ‘bravo Jacques en bravo aan je zonen om zo een prestatie neer te zetten’. Jonathan is nu één van jullie, maar wat er ook gebeurt, ‘Jojo’ zit voor altijd in mijn hart.”