Mo Farah gaat zich na de Olympische Spelen van Rio opnieuw aan een marathon wagen

Mo Farah, de koning van de 5.000 en 10.000m, zal na de Olympische Spelen van Rio zich opnieuw proberen toeleggen op het (nog) langere werk. In Rio wil hij zijn Olympische dubbel van 2012 nog eens herhalen, daarna zal hij dus de focus verleggen. De Brit van Somalische afkomst en vaste trainingspartner van ‘onze’ Bashir Abdi debuteerde in 2014 op zijn eerste marathon. Hij kwam toen tot 2u08:21, maar slaagde hiermee niet in zijn opzet om het Britse record van Steve Jones van 2u07:13 aan te scherpen. Het was echter geen matige tijd als debutant op de moordende afstand, maar met tijden van 12’53 en 26’46 op respectievelijk 5.000 en 10.000m werd er meer verwacht van de ondertussen levende legende.

In maart liep hij nog naar een Europees record op de halve marathon met 59’23, wat dus zeker perspectieven biedt voor een tijd onder de 2u05. Volgend jaar zal Farah 33 zijn. Die leeftijd hoeft echter geen rem op zijn prestaties te zijn, aangezien onder andere Haile Gebreselassie op 35-jarige leeftijd naar het wereldrecord op de marathon snelde in 2008. Ook Eliud Kipchoge, ondertussen 31, liep in Berlijn naar zijn snelste tijd ooit én dat terwijl de binnenzolen van zijn schoenen het voor bekeken hielden.

De vraag kan natuurlijk rijzen of Farah genoeg inhoud heeft om de mythische afstand af te leggen in een uitzonderlijke tijd. Het ‘probleem’ in 2014 was ongetwijfeld dat Farah naast die marathon ook heel wat andere doelen had met de Commonwealth Games en het EK in Zürich. Als hij zich helemaal kan focussen op de marathon kan hij misschien ook op die afstand heersen.