Gisteren gingen op 35 verschillende locaties in totaal zo’n 100.000 al dan niet recreatieve atleten van start in de Wings for Life World Run. Een wedstrijd met een bijzonder opzet: je loopt er niet naar de finishlijn; de finishlijn haalt jou in. Lemawork Ketema hield het, net als vorig jaar, het langst vol: net geen 80km.
De Wings for Life World Run is in weinig opzichten klassiek te noemen: ze vindt simultaan plaats op 35 locaties, alle opbrengsten gaan naar ruggenmergonderzoek (‘lopen voor zij die dat niet kunnen’) en vooral: in deze race loop je om zo lang mogelijk de bewegende finishlijn voor te blijven. Een auto zet immers een halfuur na je start de achtervolging in. Word je ingehaald, dan zit je wedstrijd erop. Een opzet dat dus heel wat ruimte laat voor tactiek.
Voor het tweede jaar op rij bleek Lemawork Ketema (gestart in Oostenrijk) de beste in deze loop- annex denkoefening: hij hield het 79,9km vol. Bij de vrouwen toonde de Japanse Yuuko Watanabe zich de sterkste. In Takashima werd zij pas na 56,33km bijgehaald door de ‘Catcher Car’.
Ook in België was er een manche van de loop. Om en rond de Menenpoort in Ieper haalde Pieter Rijnders de zege binnen. Hij strandde na 61,99km. Deborah Ghyselen werd beste vrouw met 40,63km.
De Wings for Life World Run bracht verder heel wat bekende Belgen op de been: Femke Herygers bestuurde de Catcher Car, Nick Nuyens begeleidde de eerste vrouw op de fiets, Peter Van de Veire liep zelf mee en bleef de auto 12km voor, Louis Talpe 17km en Joke Van de Velde liefst 23km.