Dario De Borger kende vorig jaar een minder zomerseizoen. De snelle tijden bleven uit en zodoende kon hij zich niet plaatsen voor het EK in Zurich. Door de overstap van Atletiek Vlaanderen naar Topsport Defensie kan de wind dit seizoen wel eens vanuit een andere hoek gaan blazen voor hem dit seizoen. We hadden de kans om Dario persoonlijk even te spreken op de federale trainingsstage in Tenerife. Een bijdrage van Wout Verhoeven.
Dario, de federale stage zit er bijna op voor je. Hoe is deze voor jou verlopen?
“Hij is vrij goed verlopen. We hebben het de eerste week wat rustiger aangepakt en zijn in de tweede week kwalitatiever beginnen trainen. Al mijn trainingen zijn goed gegaan zonder hier en daar echt last te hebben gehad van bepaalde kwaaltjes. Ik heb samen met mijn trainer Patrick (Himschoot, red.) goed kunnen werken op mijn snelheid en ik voel dat ik veel beter zit dan vorig jaar.”
Vorig jaar was een moeilijker voor jou, heb je je voorbereiding dit jaar wat anders aangepakt?
“Vorig jaar was inderdaad een off-jaar voor mij en ik zat er mentaal wat door. Ik kwam niet in de buurt van mijn persoonlijke besttijd (13.59) doordat mijn snelheid gewoonweg niet goed was. Hierdoor bleven de snelle tijden op de wedstrijden wat uit en het lukte mij niet om dat patroon te doorbreken.”
“Ik ben na het zomerseizoen van 2014 ook meteen aan mijn opleiding begonnen bij Defensie en dat heeft me er uiteindelijk echt bovenop geholpen. Twee maand afzien op die opleiding was goed voor mijn discipline, karakter en doorzettingsvermogen. Ik besefte dat ik hard moest werken om iets te bereiken. Ik heb die werkethos meteen proberen om te zetten binnen mijn trainingen en dat schijnt toch echt wel goed te lukken.”
“Op gebied van training zelf hebben we het vooral rustiger aangepakt in eerste instantie en zijn we nadien op die snelheid beginnen werken wat tot dan nog mijn zwakker punt was. Die nieuwe aanpak lijkt zijn vruchten wel af te werpen.”
Tijdens het indoorseizoen was je wat geveld door een blessure aan de heupbuiger. Is deze ondertussen volledig van de baan?
“Ja toch wel, ik had tijdens het indoorseizoen een contractuur opgelopen en heb daardoor, op aanraden van de osteopaat, een weekje gerust. Uiteindelijk ben ik daar volledig van hersteld geraakt, maar een indoorseizoen is zo kort dat je je zo een weekje rust niet echt kunt permitteren om nog een mooi parcours af te leggen. Ik vond nochtans dat ik goed bezig was aangezien ik mooi geopend had op het Vlaams kampioenschap. Maar ik besefte al gauw dat die contractuur toch een grotere impact had op het verder verloop van mijn indoorseizoen dan ik eerst had gedacht.”
“Patrick en ik hadden vooraf sowieso wel besloten om het indoorseizoen als een goede voorbereiding te zien op de zomer. Een goed winterseizoen kan leuk zijn, maar de zomerwedstrijden zijn zoveel belangrijker. De 110mH is ook echt meer mijn ding.”
Je hebt daarnet al aangehaald dat die overstap naar Defensie je deugd heeft gedaan op alle vlakken. Maar was het in het begin niet een aanpassing om je trainingen te combineren met je werk bij Defensie? Ben je veel uren aan het werk?
“Het was niet zo’n zware aanpassing. Ik moet eens per week vier uur aanwezig zijn op het werk. Ik kan zelfs zeggen dat het een goede aanpassing is geweest omdat ik even niet met de sport bezig hoef te zijn. Tijdens mijn werk ben ik bezig met wat ze van mij verwachten daar, dus ik hoef niet steeds aan de atletiek te denken. Het is een perfecte afleiding, ik kan mijn gedachten telkens even verzetten en daar ben ik zeer blij mee.”
Na de federale stage begint het outdoorseizoen stilaan. Wat zijn de ambities voor deze zomer en naar welke wedstrijden ga je vooral toewerken.
“Mijn voornaamste doelstelling dit jaar is om weer een snel seizoen te kunnen lopen, zoals dat van 2013. Ik zou graag mijn record lopen. Indien ik dat doe, zit ik natuurlijk dicht bij de limiet voor het WK in Peking (dat op 13.47 staat, red.) wat volgens mijn trainer ook echt een haalbare kaart is. Maar zelf zal ik al tevreden zijn indien ik weer in de buurt van mijn persoonlijk record kan lopen, of het zelfs kan verbeteren. Een tijd rond die 13.50 zou dit jaar al heel mooi zijn.”
“We hebben besloten om op het Belgisch kampioenschap te pieken. Anders dan de vorige jaren heb ik nu geen jeugdkampioenschappen meer, dus kan ik me eens volop toeleggen op dat BK. Deze wedstrijd staat trouwens naar gewoonte zo ingepland dat het één van de laatste kansen is om de limiet voor Peking te kunnen lopen.”
“Anderzijds kijk ik ook echt wel uit naar de IFAM om al een eerste keer eens hard te kunnen lopen in een mooi internationaal deelnemersveld. Ik ga waarschijnlijk ook in het buitenland, en dan met name in Duitsland en Nederland, wedstrijden doen aangezien die bijna altijd een goede rugwind garanderen. Een halve meter rugwind is eigenlijk al ideaal voor mij.”
En als we tenslotte even verder kijken naar volgend jaar naar de Olympische spelen van 2016. Aangezien de limiet allicht dezelfde zal blijven als die voor het WK van dit jaar, veronderstel ik dat dit ook absoluut binnen de mogelijkheden ligt?
“Inderdaad, het is echt mijn droom om me dit jaar al via het WK te kunnen plaatsen voor de Spelen. Maar ik zeg het, mocht het zijn dat die 13.47 dit jaar nog te hoog gegrepen is dan ga ik er volgend jaar resoluut voor. De Spelen beginnen uiteindelijk pas over een dikke vijftien maanden dus ik heb nog wel wat tijd. We werken toch sowieso met een tweejarenplan. Maar nu al dromen mag uiteraard wel. Het zou echt fantastisch zijn mocht ik kunnen deelnemen aan de Spelen en daar minstens een ronde verder zou geraken!”
Dat wensen we je zeker en vast ook toe, Dario. Heb je voor de rest nog wat werkpuntjes die je meeneemt uit deze stage alvorens de wedstrijden aan te vatten?
“Werkpuntjes zijn er eigenlijk altijd wel. Nu is het vooral nog een technisch werkpuntje, met name mijn bijtrekbeen. Het zou nog iets hoger mogen. Ik grijp nog te vaak te snel naar de grond waardoor ik mijn pas over de horde niet helemaal afwerk zoals het hoort en bijgevolg wat uit balans kan geraken. Maar daar zijn we volop mee bezig. De snelheid begint nu goed te gaan, en ik heb er vertrouwen in dat we die techniek ook tijdig op punt kunnen stellen.”
We kijken er alvast naar uit! Veel succes met je laatste dagen hier en tot op de wedstrijdpiste!
