In ’10 vragen aan 10 beloftevolle tieners’ gaan wij op zoek naar 10 beloftevolle Belgische scholieren om 10 (interessante) vragen aan te stellen. Na Lotte Scheldeman, Hanne Maudens, Chloë Beaucarne, Vincent Ducène, Ilke Lagrou en Tobias Capiau is het nu de beurt aan Ilya Defrère. De tweedejaarsscholier van DCLA pakte dit jaar meermaals met Belgische records uit en trok daarom onze aandacht.
1) Ilya, hoe kwam je met atletiek in contact ?
“Op mijn elf of twaalf jaar zag ik het Europees kampioenschap atletiek. Ik had tevoren al verschillende andere sporten gedaan. Ik was net gestopt met voetballen en was op zoek naar iets nieuw. Het speerwerpen op dat EK wou ik ook gaan doen. Als tweedejaars miniem ben ik dan begonnen met atletiek. Het was me zeker niet opgevallen bij mijn vorige hobby’s dat ik heel sterk was. Het voetballen was gewoon afgelopen en ik was naar een nieuwe sport aan het uitkijken, en atletiek leek mij wel iets.”
2) De combinatie met school, krijg je die nog gedaan ?
“Dat gaat nog heel vlot eigenlijk. Na school heb ik dan wel bijna elke dag training, maar het lukt wel om mijn huiswerk daarbij nog gedaan te krijgen.”
3) Hoe kijk je terug op het voorbije jaar ?
“Nadat de winter echt super was geweest begon de zomer ook heel goed. Ik verbeterde mij telkens, en deed veel wedstrijden in de hoop de limiet voor Baku te halen. Nadat ik de limiet gemist had gooide ik nadien nog één keer alle frustratie eruit en dat leverde een superworp op. Nadien had ik er iets minder zin in, en de rest van het seizoen ging dan ook iets minder.”
4) Had je van die limiet of de Belgische records voor het seizoen al een doel gemaakt ?
“Na vorig jaar echt helemaal niet. Maar dan kwam ik indoor echt vlakbij de limiet. Vanaf dan zat dat wel in mijn hoofd natuurlijk. Op het BK indoor geraakte ik geblesseerd aan mijn schouder. Die blessure sleepte een maand of twee aan, en zelfs nu voel ik het nog. Dat heeft misschien toch meegespeeld in het missen van de limiet. Op het Belgisch record had ik na mijn winter toch wel gerekend. Het is leuk om die records te verbeteren, maar het gaat om 2.5 kilo minder dan bij de senioren. Ik denk niet dat ze dus een garantie op succes zijn.
5) Ook met discus maakte je veel progressie dit jaar, ben je daar tevreden over ?
“Zeker. Mijn discuswerpen was ook constanter dan het kogelstoten. Ik gooide altijd boven de 50 meter. Dat kwam denk ik omdat ik daar door het missen van de limiet met de kogel meer zin in kreeg. Mijn techniek met de discus is op dit moment een stuk minder dan bij kogel, ik denk dus dat daar de komende jaren zeker nog veel rek op zit. Ik wil kogel en discus alleszins zo lang mogelijk blijven combineren.”
6) Heb je al doelen gesteld voor komend indoor- of outdoorseizoen ?
“De EK-limiet zal waarschijnlijk rond de 18.50 liggen bij de junioren. Als je dan weet dat de kogels een kilo zwaarder worden, en het Belgisch record bijvoorbeeld op 17.15 ligt, lijkt dat onmogelijk. Maar omdat mijn trainer (Herman Van Uytven) er zo in gelooft speelt het toch ergens in mijn hoofd. Indoor zal ik alleszins zeker proberen het Belgisch record al scherper te stellen”
7) Hecht je veel belang aan de duels met Matthias Quintelier, waarvan je er op het Vlaams kampioenschap één verloor?
“Nee. Ik probeer gewoon steeds verder te gooien. Uiteindelijk werp ik nog steeds voor mijn plezier en daarbij stel ik mij afstanden als doel, geen plaatsen. Het zijn eerder anderen die veel belang lijken te hechten aan die duels.”
8) Hoe ziet de trainingsweek er bij jou meestal uit ?
“Ik train zes keer per week, telkens twee uur. Dat is altijd één uur werpen en één uur iets anders. Dat is vaak kracht, maar kan zeker ook loopwerk zijn op trappen of tussen latjes bijvoorbeeld.”
9) Hoe zien de komende weken en maanden eruit voor jou?
“Ik blijf nu doortrainen. In juli heb ik al redelijk uitgebreid gerust, omdat ik er toen even wat minder zin in had. Omdat ik qua kracht nog veel tekort kom zal dat deze winter misschien iets meer aan bod komen. Het aantal trainingen gaan we zeker niet opdrijven. Misschien wordt het zelfs iets minder omdat krachttraining zo zwaar is om van te herstellen. Met het oog op een eventueel EK volgende zomer ga ik mij deze winter een keer meer op het trainen toeleggen. De wedstrijden zullen waarschijnlijk tot de kampioenschappen beperkt blijven.”
10) Tegen welke atleet zou jij het graag ooit eens opnemen ?
“Dan ga ik voor David Storl. Die heeft toch al heel wat bereikt ondertussen. Hij is trouwens ook een glijder en dus geen draaier, net als ik.”