Over 10 dagen is het weer zover; de jaarlijkse hoogstaande IFAM-meeting. De wedstrijd, die inmiddels al aan zijn vijfde editie toe is, zal opnieuw doorgaan in het Putbosstadion te Oordegem. Al heel wat sterke Belgische en buitenlandse atleten staan op de deelnemerslijst en wij gaan de komende weken een reeks atleten enkele vraagjes voorschotelen terwijl we aftellen naar zaterdag 31 mei. We beginnen met de 400m-hordeloper Michael Bultheel.
Dag Michael, hoe verliep de voorbereiding op het zomerseizoen?
“De trainingsstage is goed verlopen, op een jaarlijks terugkerend hamstringpeesprobleem na, maar dat heeft me gelukkig niet verhinderd om goed door te trainen. Aan de Florida State University trainen was toch een bijzondere ervaring die ik niet rap ga vergeten. Echt indrukwekkend!”
Hoe verliepen je wedstrijden tot nu toe?
“De eerste wedstrijd in Tallahassee (VS) was een voor mij een typische eerste 400m hordewedstrijd: slordig, te snel gestart naar mijn huidige vorm en kapot gegaan op het einde. De tijd was daar dan ook naar, want de klok gaf 51″9 aan.”
Waarom kies je voor de IFAM?
“De reden voor IFAM is simpel: goede organisatie, goede piste, goede tegenstand en dichtbij.”
Hoe stelt de vorm het en wat denk je/hoop je te kunnen op de IFAM?
“Ik hoop dat ik op de IFAM al de EK limiet van 50″13 kan lopen. De nadruk ligt echter op later in het seizoen en we zijn dan ook vrij laat met het specifieke werk begonnen. Toch zou het minimum op de IFAM al heel mooi zijn en ga ik daar natuurlijk voor.”
Dit interview kadert in de reeks “IFAM-koorts”. Elke dag zetten wij minimaal één atleet, die hoge ogen wil gooien op 31 mei, in de kijker. Bekijk het volledige IFAM-koorts archief hier. Meer info over de IFAM vindt u hier.