2024 is het jaar waarin Alexander Doom de (atletiek)wereld veroverde. De 27-jarige atleet uit Roeselare haalde de ‘dubbel-dubbel’ door zowel op het WK indoor als het EK outdoor met goud op de 400m en de 4x400m naar huis te keren. Ondertussen prijkt hij in het groot op reclameborden en wordt hij in één adem genoemd met de woorden: medaillekandidaat in Parijs. Zelf blijft Doom ver weg van deze uitspraak, tenzij het over de aflossingsploegen heeft. Met de (mixed) 4x400m mikt hij vol op het podium.
De Belgische atletiek heeft er sinds dit jaar een grote klepper bij. Alexander Doom luidt zijn naam. Een verdere introductie is een half jaar later bijna niet meer nodig. De 400m-specialist verraste afgelopen indoorseizoen namelijk Karsten Warholm en co. door de wereldindoortitel op zijn naam te schrijven. In datzelfde Glasgow mocht hij een dag later alweer de armen in de lucht steken, dit keer met aflossingstok in de hand.
Op het EK indoor van vorige maand kon hij niet meer om de status van medaillekandidaat heen. Die druk deed hem allerminst blokkeren. Doom keerde naar huis met twee gouden plakken rond zijn nek en evenveel Belgische record (400m en mixed 4x400m).
Geen London Diamond League
Ondertussen bereidt de poulain van Philip Gilson in Belek zijn volgende grote doel voor: de Olympische Spelen. Er wordt stevig getraind onder de Turkse zon waardoor de London Diamond League van het programma verdwijnt. “Vorige week maandag ben ik naar Belek afgezakt en ik heb hier al een week stevig getraind. De vermoeidheid is merkbaar. Ik ben blij dat het er bijna opzit. De trainingen zijn zeker vlot verlopen. Mijn tijden liggen in lijn met wat ik voor Rome liet zien, maar toch geef ik verstek voor de Diamond League in Londen. Voor zo’n wedstrijd moet je volledig fris zitten. Daar wil je niet met vermoeide benen aan de start staan”, vertelde hij vanop stage.
Voorlopig verloopt de weg naar Parijs dus vlot voor Doom. Het enige aandachtspunt blijft zijn adductorpees, de blessure die hem in Rome ook al parten speelde. “De pijn is nog niet 100% weg”, zei de Belgische recordhouder. Hij stelde wel meteen gerust. “Mits een goede opwarming kan ik alle trainingen goed afwerken. Hopelijk trekt de last volledig weg als ik het iets rustiger aandoe. Iedereen is er alleszins gerust in dat het goedkomt.”
Olympische finale
Quincy Hall brak afgelopen weekend als eerste atleet dit jaar de 44-secondenbarrière. De Amerikaan trekt zo als topfavoriet naar het Stade de France. Doom is met zijn BR van 44”15 de vijfde snelste atleet van 2024. De favorietenrol kan hij dus van zich afschudden, maar om de rol van medaillekandidaat kan hij moeilijker rond. “Ik ga totaal niet zeggen dat ik medaillekandidaat ben”, is het weerwoord van Doom.
De halve finale behalen op de 400m, dat is voor de Belgian Tornado het hoofddoel. “Ik ga voor dezelfde mindset als in Glasgow en Rome waar ik mikte op de halve finales. Doorstoten naar de finale zou een leuke extra zijn. Er zijn een stuk of tien atleten die dit jaar al tussen de 44 en 44”5 uitkwamen, dus het deelnemersveld ligt open. Dat geeft veel motivatie. Met tijden ben ik niet bezig. Ook op het Europees record staar ik mij niet blind. Elke ronde heb je een koers meer in de benen en wordt het moeilijker om te knallen. Ik verkies bovendien een olympische finale boven het Europese record. Ik ben wel benieuwd hoe ver ik individueel kan geraken, al zie ik meer kansen met de Mixed Relay en de Belgian Tornados.”
Aflossingssucces
Ondanks zijn kansen op individueel succes, keert Doom de aflossingen allesbehalve de rug toe. De sterkhouder van de ploeg durft in tegenstelling tot zijn individuele verwachtingen nu wel spreken over medailles. “Op het EK in Rome waren we er met de Mixed Relays heel dichtbij. Met de Belgian Tornados hebben we het laatste jaar bewezen dat we er weer helemaal staan. Je hebt bij beide aflossingen wel landen die er bovenuit steken, maar ik geloof echt in de twee ploegen”, klinkt het zonder aarzelen.
Er is de laatste maanden vaak gezegd en geschreven dat Doom de Mixed Relays moet laten schieten om voor eigen glorie te gaan. Daar moet de atleet niet van weten. “Het is leuk dat er wat animo rond mij is. Dat is positief, maar ergens ook moeilijk. Mensen beginnen in mijn plaats te zeggen wat ik wel of niet moet doen. Iedereen heeft zijn mening over de aflossingen. Ik bepaal de opstelling niet, maar het is wel aan mij om te beslissen of ik wel of niet selecteerbaar ben. Ik zeg al sinds vorig jaar dat ik ook voor de Mixed Relay wil gaan en daar blijf ik nog altijd bij. Op het pre-camp volgende week zullen we hier zeker met alle betrokkenen eens over samenzitten en dit deftig bespreken.”
Ook de druk en verwachtingen van de buitenwereld rusten nu op zijn stevige schouders. Voorlopig lijkt Doom het allemaal de baas te kunnen. “In Rome was de druk ook al heel groot, maar daar heb ik het goed kunnen managen. Nadien ben ik wel even naar Zwitserland afgereisd om mentale rust te vinden. Het was leuk om enkele dagen moeilijker bereikbaar te zijn. In Parijs zullen de verwachtingen niet afnemen, maar het voorbije EK was een goede test. Ik heb vooral heel veel goesting in de Spelen. Hier ben ik al drie jaar op aan het wachten, des te meer omdat er veel vrienden en familie aanwezig zullen zijn.”