De vijfde ochtendsessie stond grotendeels in het teken van de aflossingen. Met een vier op vier qua finaleplaatsen, een virtueel olympisch ticket en een Belgisch record kon niemand ontevreden zijn. Wij spraken de atleten na afloop.
Florent Mabille, startloper 4x400m: “Blij dat ik nu officieel bij het team zit.”
“Ik heb me volledig op mezelf geconcentreerd en niet gekeken naar wat anderen deden. Ik denk dat ik een goede wedstrijd gelopen heb, want dit is mijn beste tijd van het seizoen. In het verleden liep ik al met de mixed relay mee, maar vandaag was mijn eerste keer bij de Belgian Tornados. Ik ben blij dat ik nu officieel bij het team zit. Na het EK loop ik zeker nog in Heusden, waar ik vorig jaar mijn PR neerzette, dan Genève of Madrid en vervolgens het BK. Dat wordt een mooie strijd.”
Robin Vanderbemden, 2e loper 4x400m: “In de laatste rechte lijn deed ik was ik moest doen”
“Florent liep een goede wedstrijd. Ik had weinig last van gedrum en heb het tactisch goed aangepakt toen Polen en Spanje mij voorbij kwamen. Ik heb tot na de bocht gewacht en deed daarna het nodige om Christian goed op weg te zetten.”
Christian Iguacel, 3e loper 4x400m: “Morgen nog twee mooie azen die we kunnen inzetten”
“Florent en Robin hebben mij op een ideale plaats afgezet. De Fransman liep in mijn val door meteen over mij te komen en daar maakte ik goed gebruik van. Zo kon ik er op het einde voorbij en Dylan goed op weg zetten. Morgen hebben we nog twee mooie azen die we kunnen inzetten, dus we gaan gewoon voor goud. Ik heb nog een ander doel hier. Als we in de reeksen al deze tijd kunnen lopen, dan moet het morgen nog sneller kunnen. Jonathan Sacoor zal dan wat schrik beginnen krijgen, want ik heb met hem een weddenschap dat hij een tattoo laat zetten als we op de Spelen 2’55 lopen.”
Iguacel doet ook nog een warme oproep voor nieuwe suggesties voor een naam voor de mixed relay-ploeg. Voorlopig ligt de naam ‘Belgian Waffles’ op tafel, al is hij niet helemaal overtuigd. “We zochten iets typisch Belgisch en kwamen uit bij wafels. Het is ook een mooie mix die je ineen kletst. Er is zelfs al een openingsdansje. Ik had het meer voor ‘Cheetohs’, maar dat vonden ze niet goed. Helaas, want dat vind ik lekkerder dan wafels. Kortom: we staan nog altijd open voor suggesties.”
Dylan Borlée, slotloper 4x400m: “Heb geprobeerd de race te controleren”
“Als je als laatste loopt, heb je de luxe dat je iets meer kan controleren. Dat heb ik geprobeerd, want ik wilde niet te veel energie verspillen. Ik merkte dat de vorige races nog in mijn benen zaten.”
Camille Laus, slotloopster 4x400m: “Dromen al sinds 2018 van medaille”
“Het is niet makkelijk om op kop te lopen in de laatste lijn. Ik wist ook dat er enkele sterke atleten aankwamen zoals Sharlene (Mawdsley; red.) en de Française. Het doel was top drie en dat is gelukkig gelukt. Morgen wordt een heel andere wedstrijd, want dan stelt iedereen zijn beste team op. We dromen al sinds 2018 van een medaille, maar we zullen zien. Het zal wellicht sneller gaan dan vandaag.”
Cynthia Bolingo, 3e loopster 4x400m: “Geef mezelf een 6,5 op tien”
“De twee voor mij hebben goed werk gedaan, dus dat maakte het makkelijk voor mij. Ik was wel wat zenuwachtig want ik heb al lang geen wedstrijden meer gelopen. Om dan op een EK terug te beginnen is niet vanzelfsprekend. Ik liep zeker geen perfecte wedstrijd, maar dit was een goede eerste stap. Ik ben streng voor mezelf, dus ik geef mezelf een zes, of nee, een 6,5 op tien.”
Naomi Van den Broeck, startloopster 4x400m: “Mijn snelste wedstrijd ooit”
“Ik ben blij met hoe het gegaan is. Tijdens de opwarming voelde het al goed en technisch liep ik veel beter dan tijdens de mixed relays. Mijn doel was om niemand te zien tijdens mijn wedstrijd en dat is gelukt. Als ik dat morgen nog eens kan doen, dan ga ik heel gelukkig zijn.”
“Ik ben heel blij met mijn positie als startloopster. Dan kan ik vanop de eerste rij de wedstrijd van de anderen zien. Tegen dat zij aankomen, ben ik ook al beter gerecupereerd”, lachte ze nog.
Imke Vervaet, 2e loopster 4x400m: “Moeten nog wennen aan die koppositie”
“Ik wist natuurlijk dat Naomi het goed gedaan had, maar zelf merk je niet dat je voorsprong neemt. Ik moest blind lopen. Het is toch nog wennen aan het feit dat we nu soms op kop lopen. Het ligt ons beter om te volgen. We hebben het goed gedaan en hopelijk kan het morgen nog iets beter. We lopen dan ’s avonds, nog een voordeel. In de finale kan alles. Een medaille zit er zeker in.”
Rani Rosius, startloopster 4x100m: “Begon te wenen toen ik die 42 seconden zag”
“Iedereen vraagt ons of we teleurgesteld waren na de World Relays, maar dat was absoluut niet het geval. We waren er sneller dan ooit en wisten dat we nog harder konden als die wissels goed gingen. Dat hebben we vandaag bewezen. We gingen voor een tijd onder de 43 seconden, dus ik begon echt te wenen toen ik de 42 seconden zag. We waren supergelukkig, al kan ik het nog niet helemaal vatten. Nu wordt het een kwestie van nog niet te hard van stapel te lopen en nog extra te trainen op de wissels, maar dit geeft toch al een beetje zekerheid.”
Rani Vincke, 2e loopster 4x100m: “Hebben bewezen dat we beter konden”
“We hadden vandaag echt niets te verliezen. Het niveau in Europa is enorm gestegen, dus we waren vooral bezig met de Olympische Spelen. Het werd een finaleplaats en virtuele kwalificatie voor de Spelen, dus we kunnen niet meer dan blij zijn. Delphine gaat nu naar huis, maar Janie (De Naeyer; red.) gaat het morgen heel goed doen.”
Elise Mehuys, 3e loopster 4x100m: “Damn, dit is snel”
“Ik had wel het gevoel dat alles goed liep en de wissels vlot gingen, maar toch was het ook voor ons moeilijk inschatten hoe hard we gingen. Het was wachten tot die tijd erop kwam. Toen ik die zag was het toch wel even van ‘damn, dit is snel’. Een onbeschrijfelijk goed gevoel.”
Delphine Nkansa, slotloopster 4x100m: “Beetje teleurgesteld dat ik finale niet kan lopen”
“We hebben alles gegeven voor die olympische kwalificatie en ik hoop echt dat deze chrono ons tot op de Olympische Spelen brengt. Dit is echt ongelofelijk. Ik ben wel een beetje teleurgesteld dat ik in de finale niet zal kunnen lopen door examens. Maar goed, er is meer in het leven dan atletiek.”
Kobe Vleminckx, startloper 4x100m: “Niets moet, alles mag”
“We hebben op veilig gespeeld. Dat we op deze manier zo’n chrono lopen geeft vertrouwen. Er zit sowieso nog marge op, dus morgen mogen we met vertrouwen starten. Niets moet, alles mag. Het wordt wellicht een duel der Lage Landen want ook Nederland is nog niet geplaatst. Volgens mij kunnen we ze pakken. Ons basisteam is een heel pak sneller geworden en ook de jongens achter ons. Dat toont aan dat het project in stijgende lijn zit.
Ward Merckx, tweede loper 4x100m: “Lijkt me realistisch om nog drie tienden sneller te gaan'”
“Onze prestatie op de World Relays zat zeker nog in het achterhoofd. Op de IFAM hebben we wel weer wat vertrouwen getankt door met veilige wissels een goede tijd te lopen, maar ik denk dat het ons onbewust toch nog meespeelde. Als we in de finale iets meer bevrijd kunnen lopen, dan lijkt het me realistisch dat we nog drie tienden sneller kunnen.”
Simon Verherstraeten, slotloper 4x100m: “Hopelijk morgen met iets meer adrenaline”
“Dit BR geeft vertrouwen. Zeker omdat er bij de andere landen niet echt uitschieters waren. Als we morgen iets meer risico nemen, dan kunnen we hopelijk dicht bij de medailles eindigen. De Spelen lijken me ook zeker mogelijk. Hopelijk hebben we morgen iets meer adrenaline dan vandaag, want als je ons vanochtend aan het ontbijt zag zou je niet gedacht hebben dat we zouden lopen.”
Foutje: verwissel even de Rani’s. Rani Vincke is startloopster en Rani Rosius is 2de loopster.
Reacties zijn gesloten.