Jochem Vermeulen, Ruben Verheyden en Ben Broeders wisten zich op deze vierde EK-dag alle drie te plaatsen voor de eindronde. Ismael Debjani kon zijn collega’s op de 1500m helaas niet vergezellen. Hanne Claes en Paulien Couckuyt botsten in hun halve finale dan weer op een vreselijk sterke lichting 400m hordelopers. Lees hier hoe zij hun prestatie beleefd hebben.
Paulien Couckuyt na vijftiende plaats: “Niveau is momenteel ongezien hoog”
“Ik heb het geprobeerd”, zo begon Couckuyt haar relaas. “Het niveau in Europa is momenteel ongezien op de 400m horden. Iedereen overtrof zichzelf vandaag, terwijl ik enkele foutjes maakte na de zesde horde. Ik kan daarom niet helemaal tevreden zijn over mijn koers.”
De hordeloopster kijkt wel al vooruit. “We zijn vroeg op het seizoen en ik heb al heel wat wedstrijden moeten lopen om mij op die ranking voor Parijs te krijgen. Daardoor is het al even geleden dat ik nog eens een echt trainingsblok kon afwerken. Dat is wat ik nu nodig heb om sterker te worden en meer verzuring aan te kunnen. Na het BK lassen we dat in. Om de finale van de OS te halen, zal ik onder de 54 seconden moeten lopen. Ik vrees voor mij dat dit dit jaar niet mogelijk is, al ben ik heel blij met waar ik nu al sta na toch een moeilijk jaar.”
Hanne Claes wordt zeventiende op 400m horden: “Met meer wedstrijdritme kan het in Parijs anders zijn”
“Het is een degelijk tijd die ik hier neerzet. Om in de finale te komen moest je echt heel hard lopen. Ik had rond mijn PR moeten uitkomen. Dat zat er nog niet in, al blijf ik een beetje op mijn honger zitten. Ik denk dat het wel iets beter kon vandaag”, vertelde ze. “Ik mis precies nog wat vertrouwen op die horden.”
“Iedereen loopt tegenwoordig in de 54 seconden”, zei Claes over het niveau op haar discipline. “Dat zit er bij mij ook in, maar niet vandaag. Met meer wedstrijdritme in de benen kan het in Parijs wel anders zijn.”
Voorlopig blijft Claes gespaard van grote blessures, maar echt helemaal pijnvrij is ze niet. “Ik lijk elke twee weken iets anders te hebben, maar niets dat mij op dit moment tegenhoudt”, stelde ze gerust.
Ben Broeders na vlotte Q voor polsstokfinale: “Heb geen reden om geen vertrouwen te hebben”
“Ik heb weinig om over te klagen”, aldus een ontspannen Broeders. “Zelden geraakte ik zo vlot door de kwalificatie. Het was vandaag gelukkig ook niet te warm. Ik vreesde even op dezelfde omstandigheden als tijdens het WK in Boedapest waar we praktisch gekookt van de piste kwamen, maar dat viel vandaag goed mee. De wind maakte het wel lastig, al kon ik de omstandigheden goed de baas.”
Over zijn kansen in de finale vertelde hij het volgende: “Ik heb geen reden om geen vertrouwen te hebben richting die finale. Er is veel mogelijk. Er zijn er een aantal goed in vorm en ik ben er zeker één van. Ik moet het alleen samen krijgen op het juiste moment, maar daar heb ik een goed oog in. Het is een kans, absoluut. Nu nog goed uitrusten en dan volle gas.”
Jochem Vermeulen na protest zeker van finaleplaats: “Heb laten zien dat ik in staat was om top zes te lopen”
“Ik zat waar ik moest zitten. Misschien iets te veel aan de binnenkant, maar met het geduw en getrek was dat de beste optie. Daar lag echt nog ruimte. Spijtig van die kamikazestunt van die ene. Na die val heb ik er nog alles aan gedaan om bij die top zes te geraken. Ik maak nog zeker twintig meter goed en raap nog een paar man op. Ik denk dat ik zeker heb laten zien dat ik in staat was om top zes te lopen. Vooraf geloofde ik ook in mijn kansen. Ik voel mij top.”
Ruben Verheyden naar eerste EK-finale: “Er zijn veel scenario’s waarmee ik kan leven”
“De eerste rondes waren belachelijk traag. Op zo’n moment weet je dat het op het einde knokken wordt. Dan is het praktisch een 800m i.p.v. een 1500m dat je loopt. Laat dat gelukkig net iets zijn waar ik nog redelijk oké in ben. Ik heb in mijn voorbereiding ook nog bewust een 800m gelopen in combi met een extra trainingsweek. Dat leek me verstandiger dan nog een keer die olympische limiet op de 1500m najagen”, zei Verheyden na afloop over het raceverloop en zijn voorbereiding hierop.
Aan de finish ging de vuist van Verheyden duidelijk de lucht in. “Ontlading”, zei hij. “Mijn mindere prestatie op het EK in München zat nog in mijn hoofd. Nu haal ik mijn eerste EK-finale bij de senioren en dat is goed voor het vertrouwen. Daarnet was er ontlading, maar nu weer focus.”
“Jakob (Ingebrigtsen; red.) steekt er bovenuit”, vertelde Verheyden over zijn finalekansen. “Maar daarachter kan alles voor mij, van het podium tot de laatste plaats. De vorm is er maar ik kan er niets op plakken. Er zijn veel scenario’s waarmee ik achteraf zal kunnen leven. Zelfs al word ik achtste in 3’40, het hangt van de wedstrijd af. In een ideaal scenario loopt Jakob door en duik ik onder de olympische limiet en het BR.”
Ismael Debjani niet naar 1500m-finale: “Wist dat er geen wonder zou gebeuren”
“Momenteel ben ik geen 100% en dan weet je dat het moeilijk wordt. Ik sukkelde deze winter met een blessure aan de kuit en twee maanden geleden nog met mijn achillespees. Ik wist dat er geen wonder zou gebeuren hier op het EK, maar toch wilde ik er absoluut bij zijn.”
“Mijn conditie is goed”, ging Debjani verder. “Ook qua vermoeidheid en lactaat zit het goed, maar die laatste 200m sprinten lukt niet. Door die valpartij had ik bij het ingaan van de laatste ronde al een versnelling geplaatst, maar veel te hard. Ik had geleidelijk mijn tempo moeten opdrijven.”