Een hevige onweersbui zorgde zondagmiddag voor een uur vertraging in het programma van de IFAM. De natte piste van het Koning Boudewijnstadion maakte dat supersnelle tijden uitbleven, maar onder anderen Paulien Couckuyt, Kobe Vleminckx en Rani Rosius toonden in Brussel een stijgende vorm.
Het hoogtepunt van de middag kwam van Elie Bacari. Op het moment dat de zon nog scheen boven het stadion liep hij in perfecte omstandigheden naar een PR van 13”46 op de 110m horden, precies genoeg voor kwalificatie voor de EK Atletiek. Nog geen half uur na die topprestatie van Bacari kwam het in Brussel met bakken uit de lucht en moest het programma worden verdaagd.
Paulien Couckuyt liet zich door de regenonderbreking niet uit haar evenwicht brengen en klokte op de 400m horden een keurige 55”56. Een tijd waar ze prima mee kon leven. “Het was een moeilijke opwarming met de onderbreking door de regen, maar de race voelde goed. Het kan nog beter qua smoothheid, maar ik lig voor op schema”, aldus Couckuyt die de voorbije seizoenen veelvuldig werd geplaagd door blessures aan knie, hamstrings en rug.
Dat schema leidt naar Rome, waarvoor Couckuyt zich dit voorjaar al wist te plaatsen. Komende dinsdag loopt ze nog in Ostrava, daar moeten de puntjes op de ‘i’ worden gezet voor de EK. Maar Couckuyt steekt niet weg dat ze dit jaar ook olympische ambities koestert. “Ik durf te zeggen dat ik voor Parijs ga, maar alles op zijn tijd. Ik ben vooral heel tevreden met waar ik nu sta.”
Hanne Claes heeft haar ticket voor Parijs al veiliggesteld. Ook zij kwam zondag in Brussel aan de start, maar trok al na 200m aan de rem om te finishen in een onbeduidende 56”93.
Complimenten waren er na afloop van haar race voor Naomi van den Broek. De specialiste op de 400 vlak vlamde in haar eerste hordenrace naar 56”33. “Ik raakte vijf horden, maar ik ga niet klagen”, lachte Van den Broek. Of het smaakt naar meer optredens op de horden? Daar wilde ze zich nog niet op vastleggen. “Het is een lange termijn project. Misschien dat ik het na de Spelen weer ga proberen.”
Bij de mannen werd op dezelfde afstand uitgekeken naar Mimoun Abdoul Wahab. Vrijdag dook hij in Finland met 49”81 voor het eerst onder de 50 seconden. In Brussel lukte dat niet. De 20-jarige atleet finishte zijn heat als derde in 50”70.
“Ik ging vandaag harder van start dan vrijdag en probeerde de horden nog meer aan te vallen, maar ik zat op de eerste twee horden wat te ver. De energie om dat te herstellen kwam ik op de laatste honderd meter tekort, anders had ik ook hier onder de 50 seconden kunnen gaan.”
EK kwalificatie was dit voorseizoen het doel voor Abdoul Wahab. Nu dat niet is gelukt kijkt hij verder vooruit. “Als ik kan dromen, dan zijn het de Olympische Spelen waar ik deze zomer heen wil.” Hij weet dat hij daarvoor sneller zal moeten dan 48”70. De olympische kwalificatietermijn sluit 30 juni, de laatste dag van het Belgische kampioenschap waar Abdoul Wahab voor het eerst Belgisch kampioen bij de senioren wil worden.
Vleminckx tankt vertrouwen in Brussels “trainingsweekend”
Kobe Vleminckx maakte zondagmiddag een uitstap naar de 200m en klokte met 20”80 een nieuw persoonlijk record. “Ik denk dat ik de eerste 120, 130 meter een mooie koers liep, maar daarna was het op. Het slot was bijna strompelen. Dat krijg je als je de afstand nooit in competitie loopt.” Het was voor Vleminckx de derde race van het weekend. Zaterdag liep hij met de Belgian Falcons op de 4x100m naar 38”77 en raffelde hij de individuele 100m af in 10”31. “Een mooi trainingsweekend”, blikte Vleminckx terug op het drieluik.
“Het was goed om vertrouwen te nemen met het team. We kunnen op de EK mooie dingen doen met de 4×100 en wie weet kunnen we toch eventueel voor het olympische ticket gaan. Ik denk dat het erin zit met dit team.” Bij de World Athletics Relays op de Bahama’s liep de 4x100m ploeg directe olympische kwalificatie mis na twee DNF’s. Vleminckx scheurde bij dat toernooi de biceps van zijn linkerarm nadat hij bij een wissel in botsing was gekomen met een concurrent in de baan links van hem.
“Door die blessure heb ik twee weken niet kunnen lopen. Ik ben teleurgesteld dat ik daardoor achterstand in mijn schema heb opgelopen en niet aan EK limiet heb kunnen komen. Maar ik begrijp ook dat je niet om de selectie heen kunt. Het is aan mij om te laten zien hoe snel ik kan lopen.”
Vleminckx sluit niet uit dat we hem dit seizoen nog vaker op de 200m in actie gaan zien. “Ik denk dat mijn coach na vandaag wil dat ik het vaker doe. Als je ziet dat ik met weinig training 20”80 loop, dan kunnen er nog wel enkele tienden vanaf. Dan tel je binnen Europa mee op de 200m.”
Snelste Belg op de 200m was Amine Kasmi in 20″79. Jonathan Sacoor kwam bij zijn uitstap naar de halve baanronde uit op 20″90.
Voor Imke Vervaet waren de druiven zuur. Ze was zondag de beste Belgische op de 200m met 23”19, maar niet rap genoeg voor EK kwalificatie waarvoor een tijd van 23″00 de vereiste was. Een heat later liep Rani Rosius naar een nieuw PR van 23”21. Zaterdag maakte Rosius al indruk met winst op de 100m in een seizoensbestijd van 11”33.
Amper bekomen van zijn kwalificatie op de 800m voor de EK en Olympisch Spelen, liet Pieter Sisk zich zondag op de 1500m opnieuw van voren zien. Met 3:36”57 noteerde Sisk zijn beste seizoenstijd. Het was niet genoeg om op te schuiven in de Europese ranking met snelste Belgen. Sisk voldeed eerder aan de EK-limiet op de 1500m, maar moet drie snellere landgenoten voor zich dulden. Ruben Verheyden, Jochem Vermeulen en Ismael Debjani is het drietal dat België volgende maand mag vertegenwoordigen op de EK in Rome. Debjani startte zondag ook in Brussel, maar stapte voortijdig uit.
Ook John Heymans kende een sterk optreden in de IFAM met een nieuw 1500m PR in 3:38″19.
Op de steeple finisthe Eline Dalemans in 9:54″52 en liep Clement Deflandre naar een seizoensbesttijd van 8:34″72.
