Slechts met een minieme marge, maar de olympische limiet is Ruben Verheyden en Jochem Vermeulen in Rehlingen net ontglipt. De 1500m-specialisten domineerden samen de wedstrijd en leken op de vereiste 3’33″50 af te stevenen. De klok stopte een pijnlijke vingerknip te laat. Verheyden won in 3’33″62 en zag Vermeulen in 3’33″70 tweede worden. In het Duits-Franse grensstadje waren er verder nog heel wat mooie en duels tussen Belgen te zien.
Drie 1500m-limietkandidaten voor de Olympische Spelen trokken naar het Duitse Rehlingen om op zoek te gaan naar de magische 3’33″50. Die brengt startrecht in de Franse hoofdstad met zich mee begin augustus. Ruben Verheyden, Jochem Vermeulen en Thomas Vanoppen verschenen samen op het appel. Vanoppen zou uiteindelijk twaalfde worden en met 3’36″88 een tiende boven zijn PR blijven. Verheyden en Vermeulen speelden wel helemaal voorin mee. Ze vatten post aan de schouder van een concurrent en kwamen in de laatste rechte lijn gedecideerd uit zijn zog.
Zij aan zij stormden de Belgen op de finish af met een klok in hun vizier die rond de gedroomde 3’33″50 leek te gaan uitkomen. Verheyden kwam luttele centimeters voor Vermeulen over de streep, maar bleef net na zijn beste race ooit ontredderd achter. Op het digitale bord stond met 3’33″62 een erg zure chrono af te lezen. Ook op de KBC Nacht vorige zomer kwam Verheyden al akelig dichtbij door 3’33″77 neer te zetten. Ook voor Vermeulen is er wel een troostprijs in de vorm van een PR, hij gaat met 3’33″70 bijna een halve seconde sneller dan vorig jaar in Heusden.
Met 21 deelneemsters aan de 1500m bij de vrouwen maakte Elise Vanderelst deel uit van een omvangrijk pak. Ze schoof op tijd op richting kop van de koers, maar een hoop geduw en getrek bij het ingaan van de laatste ronde bracht Vanderelst uit haar ritme. Ze werd teruggeslagen naar plaats tien en moest haar resterende krachten opsouperen om de aansluiting opnieuw te vinden. In de ultieme rechte lijn was het gat met de koplopers te groot geworden om voor de knikkers mee te spelen. Vanderelst finishte als zevende in 4’08″88.
Hanne Claes en Paulien Couckuyt zijn qua chrono’s de beste lage hordenloopsters uit de Belgische geschiedenis. Eindelijk allebei fit namen ze het voor het eerst in twee jaar weer tegen elkaar op. Op een natte piste was het Couckuyt die de Belgische recordhoudster kon aftroeven. Ze liet met 55″76 voor de tweede keer dit seizoen een mooie tijd optekenen en sprokkelt kostbare punten voor de olympische ranking, want ze pakte de eerste plaats in een wedstrijd met het zilveren label. Claes werkte voor het eerst dit seizoen het nummer af waarop ze zich individueel voor de Spelen plaatste en deed dat in 56″34. Helena Ponette opende haar 400m-campagne met 52”41.
Een andere krachtmeting tussen concullega’s kregen we op de 100m te zien. Belgian Falcons Kobe Vleminckx en Simon Verherstraeten keken elkaar daar in de ogen. De clubgenoten van bij Lyra-Lierse kwamen de reeksen door in respectievelijk 10″53 en 10″43. Voor het eerst in 16 ontmoetingen over 60 en 100m was het Verherstraeten die aan het langste eind trok in de finale. Hij werd tweede in 10″33, een evenaring van zijn persoonlijke recordtijd van en zes honderdsten sneller dan Vleminckx.
Dezelfde vier Tornados die het vorige week tegen elkaar opnamen op de Super League Interclub trokken ook allemaal naar Duitsland. Jonathan Sacoor was herhalingsgezind en klokte bijna exact dezelfde chrono om de 400m naar zijn hand te zetten. Hij toonde zich constant op zijn hervonden hoge niveau en deed er met 45″29 dit keer twee honderdsten langer over. Bij hem in de reeks liep Robin Vanderbemden naar een tijd van 46″18. Florent Mabille en Christian Iguacel deden er 46″47 en 46″74 over.
Jef Vermeiren zweefde in het hoogspringen over 2m14 en liet de lat daarna drie keer vallen op 2m18. Jolien Boumkwo kwam met de kogel bij haar derde en laatste poging tot 16m55. Op de 3.000m steeple kwam toekomstig EK-ganger Rémi Schyns in actie. Hij werd zesde in 8’25″12, een zestal seconden boven zijn PR van enkele weken geleden en tien seconden boven de olympische limiet waar hij van droomt. Delphine Nkansa had aan 11″50 genoeg om tweede te worden op de 100m na de Luxemburgse Patrizia Van der Weken.