In de aanloop naar de Olympische Spelen deze zomer heeft België al heel wat kwalificaties op zak. Toch zijn er ook nog enkele atleten die hun ticket nog moeten bemachtigen, waaronder steepleloper Tim Van de Velde. Van de Velde begint morgen aan zijn seizoen en gelooft rotsvast in zijn internationale kansen. 

Omslagjaar 2022

Tim Van de Velde draait al van bij de jeugd mee en kende al heel wat hoogtes en laagtes in zijn atletiekcarrière. Zelf stipt hij het jaar 2022 aan als het omslagjaar waar hij zich weer atleet voelde. De 24-jarige protegé van Marc Nevens kwam dat jaar sterk uit de winter en zette een persoonlijk record neer op de 3000 meter steeple van 8’24”56. Vervolgens wist hij zich te kwalificeren voor het WK in Eugene via de World Rankings en het daaropvolgende EK in München. Een omgeslagen voet in de waterbak op het WK gooide echter roet in het eten. “Ik had niet verwacht op zo’n niveau te mogen presteren. Maar op de moment dat het moest gebeuren, heb ik pech gekend. Mijn vorm kwam net te laat terug voor het EK, want enkele dagen later liep ik terug fantastisch.”

Door de jaren heen heeft Van de Velde weliswaar geleerd om ook met de tegenslagen om te gaan en zich daar niet langer druk in te maken: “Voor wat je niet kan controleren moet je het hoofd niet buigen”, aldus een positieve Van de Velde. Dankzij die mentaliteit loopt de renner nog steeds mee op het hoogste niveau en dingt hij nu mee naar de ultieme kwalificatie voor de Olympische Spelen.

Foto: Erik van Leeuwen

Trainen op struikelblok

Zelf haalde Van de Velde vorig jaar al aan dat, indien hij een vol jaar kan trainen zonder tegenslagen, de olympische limiet van 8’15” binnen te halen is. “Het is vijf of zes jaar geleden dat ik zo’n voorbereiding heb gehad als nu. Ik heb een hele winter nagenoeg stressloos kunnen trainen en ik voel me top.”

Daar zou een nieuw trainingsaccent voor iets tussen kunnen zitten. De loper van Duffel beseft waar zijn zwaktes liggen en heeft de voorbije maanden daarom vooral getraind op duurlopen. Waar zijn focus vroeger meer lag op de 800 of 1500 meter, heeft hij zich nu toegespitst op de langere afstanden. “De snelheid had ik altijd al in mijn benen, maar mijn cruciale punt lag steeds in de vijfde of zesde ronde waar ik moest zien te overleven. Het brengt niet op sterk te zijn in de laatste honderd meters, als je er niet meer bij bent. Mijn basis is nu veel beter, waardoor ik het gevoel heb dat ik dat dipje bij ronde vijf of zes beter zal overleven”, legt hij uit.

Toch koestert Van de Velde geen ambities voor de langere afstandsnummers: “Ik hoor thuis in de waterbak. Bij de steeple maak je je eigen koers en moet je minder rekening houden met de andere lopers. Elke balk wordt anders genomen. Dat hindernissenparcours is wat ik hier zo leuk aan vind.” Al wil Van de Velde toch ook graag de mythe uit het leven roepen waarbij de waterbak een verfrissende douche vormt op een warme loopdag. “De waterbak hoort erbij, maar op trainingen laat ik hem toch links liggen. Ik heb nu vooral op mijn hordetechnieken getraind.”

Foto: Jeroen De Meyer

Road to Paris

Met het EK in juni in het vooruitzicht, begint Van de Velde nu definitief aan zijn steepleseizoen. Morgen start hij op de meeting in Huelva. Verder kunnen we hem aan het werk zien op de Diamond League in Marrakesh op 19 mei, de meeting van Marseille op 22 mei of de Internationale atletiekbijeenkomst Anhalt op 24 mei. Van de Velde hoopt zich op een van deze meetings alvast te kwalificeren voor het EK in Rome, maar ook een kwalificatie voor de Olympische Spelen staat op zijn to-do-lijstje. Op die manier kan hij na het EK nog een stage lopen om alles te finetunen. “Er zijn geen excuses om in mei niet goed te zitten, want het moet dan gebeuren.”

Van de Velde weet als geen ander dat het via de World Ranking ook kan, aangezien hij zich zo voor het WK in Eugene in 2022 wist te kwalificeren. Met nog geen steeple in de benen dit seizoen moet Van de Velde, die nu 63ste staat, wel stijl omhoog klimmen om nog bij de eerste 36 te geraken. Met drie goede koersen kan heel snel geschoven worden, maar toch is zijn doel duidelijk: onder de rechtstreekse limiet van 8’15” lopen. Volgens Van de Velde geven zijn trainingen alvast de juiste indicatie aan. Ditmaal heeft hij ook het lot aan zijn zijde, want op een kleine kuitkramp na blijft hij voorlopig blessurevrij. Vol zelfvertrouwen loopt Van de Velde dan ook de zomer in, maar hij blijft realistisch: “ik voel me sterker dan ooit, zowel mentaal, als fysiek, maar elke koers moet gelopen worden. Veel hangt af van de omstandigheden zoals het weer. Als ik mijn techniek en uithouding nog een klein beetje kan finetunen, zie ik mij zeker aanspraak maken op de olympische limiet.”

Van de Velde zette begin dit jaar zijn job bij Runners’ lab on hold om alles op alles te zetten op zijn atletiekcarrière. Net zoals veel andere topsporters binnen de Belgische atletiek combineert Van de velde zijn passie met een “9 to 5 job”. Een niet te onderschatten combo, want die extra vermoeidheid weet toch binnen te sluipen in zijn prestaties. Om die paar extra procentjes volledig op de steeple te kunnen inzetten, kwam Van de Velde samen met zijn werkgever overeen om tot september enkel en alleen atleet te zijn.