Nog 112 dagen tot de olympische marathon van Parijs en die tijd zal Hanne Verbruggen goed kunnen gebruiken. De laatste maanden waren er vooral van ups en downs met een aanslepende heupblessure en een persoonlijk record op de halve marathon. Momenteel sukkelt Verbruggen opnieuw met haar oude blessure maar blijft ze strijdvaardig richting 11 augustus.
De laatste maanden waren moeilijk voor Hanne Verbruggen met een aanslepende heupblessure. Toch kon ze in maart genieten van een opsteker met een tweede plaats en persoonlijke record op de Runners’ lab Halve Marathon. Het geluk was van korte duur want tijdens de halve marathon van Berlijn moest Verbruggen een ‘DNF’ achter haar naam zien staan door de onverwachte warme weersomstandigheden.
Ook haar oude heupblessure speelt haar de jongste weken opnieuw parten. “Ik heb een paar dagen geleden cortisone-inspuiting gekregen waardoor ik enkele dagen niet mag lopen.” Toch probeert de marathonloopster niet stil te zitten en vindt ze haar alternatief bij de elliptigo. “het is niet de beste oplossing want je glijdt er heel snel mee uit. Met de slechte weersomstandigheden van de afgelopen weken is het niet echt aan te raden.” Normaal stond Verbruggen vandaag aan de start van de Ten Miles maar die wedstrijd laat ze nu varen.
Voorbereiding
Verbruggen beseft meer en meer dat ze goed naar haar lichaam moet luisteren maar heeft nog een ambitieus programma richting de Olympische Spelen. “Half mei vertrek ik naar Sankt Moritz om mij voor te bereiden op het EK halve marathon in Rome. Na het EK ben ik een week thuis en vertrek ik opnieuw naar Sankt Moritz voor drie weken voor een specifieke voorbereiding op de olympische marathon”, vertelt de atlete met vertrouwen.
Verbruggen en Chloé Herbiet zijn voorlopig de enige twee dames die zich konden plaatsen voor de marathon in Parijs. Toch acht Verbruggen de kans klein in dat de derde plaats van de Belgische delegatie voor de marathon nog wordt ingevuld. “Ik weet niet wie er nog naar de marathon zou kunnen gaan maar een jonge atlete als Juliette Thomas biedt wel hoop voor de toekomst. Ze is echt gemaakt voor de marathon.”
Olympische marathon
De Olympische Spelen biedt de marathonloopsters een stevig en atypisch parcours met een klim van 4 km en steile afdalingen. Toch baart dat de atlete uit het Pajottenland niet veel zorgen. “Het Pajottenland is een glooiende omgeving waardoor ik dat wel wat gewoon ben. Door mijn blessure moest ik druk op mijn heup vermijden waardoor ik hellingen en afdalingen achterwege moest laten. Het is sowieso iets waar ik nog op moet trainen.”
Over haar ambities in Parijs is Verbruggen duidelijk: “Ik hoop op een top 25. De afgelopen maanden waren niet altijd gemakkelijk maar ik heb er nog veel vertrouwen in. Als het moeilijk gaat, denk ik altijd aan Julien Watrin. Ik heb wel pijn maar heb niet zo’n serieuze ziekte. Ik kan nog steeds lopen.”