Het zijn boeiende tijden voor atletiekliefhebbers. Overal ter wereld duiken atleten de indoorbanen op om hun vorm te testen. Gisteren trokken enkele Belgen naar het Franse Nantes. Rani Rosius schitterde dan weer op de Orlen Cup in Polen.
Dat er gisteren het één en het ander te doen was in Nantes, dat kon u hier al lezen met de WK-limiet van Eliott Crestan. De 800m-specialist was echter niet de enige die de spikes aanbond. Naomi Van den Broeck trok naar de startlijn voor haar eerste 400m van het seizoen. De Belgische indoorkampioene klokte met 52″85 haar tweede chrono ooit. In het hoogspringen slaagde Zita Goossens er niet in om over 1m80 te zweven. Het bleef bij een evenaring van haar seizoensbeste van 1m77. Op het kortste sprintnummer opende Delphine Nkansa haar seizoen met 7″32. In de finale later op de avond werd Nkansa naar 7″28 gestuwd.
7″28 was exact de chrono die Rani Rosius in de reeksen van de Orlen Cup in het Poolse Lodz uit de benen schudde. De nummer twee aller tijden in België, die net als Nkansa al zeker is van deelname aan het WK indoor, had echter nog niet al haar troeven op tafel gegooid. Ze bewaarde het beste voor in de finale en liet daar een sterke 7″17 optekenen, haar derde tijd ooit en amper twee honderdsten boven haar PR. Het brengt haar naar een zevende plaats op de wereldjaarranglijst. De eerste plaats is momenteel weggelegd voor Ewa Swoboda. De Poolse liep naast Rosius naar 7″04. Ook hoogspringer Jef Vermeiren was erbij in Lodz. Hij kon met 2m14 voorlopig nog niet imponeren.