De ISTAF in Berlijn is intussen een klassieker van formaat in de septembermaand. Dankzij exploten van Valarie Allman en Letensenbet Gidey zoog de meeting weer de nodige aandacht naar zich toe. Verschillende Belgen zochten eveneens de Duitse hoofdstad op, maar zij konden niet verrassen. Jochem Vermeulen en Julien Watrin lieten nog het meest van zich horen. In het Italiaanse Padova liep Ismael Debjani zijn snelste tijd van het seizoen.
Ondanks de decompressie die een WK vaak met zich meebrengt, kan één van de oudste meetings van de wereld tevreden terugblikken. De ISTAF in Berlijn trok tot twee keer toe de aandacht met twee straffe nummers. De eerste kwam van de hand van Valarie Allman. De vice-wereldkampioene in het discuswerpen toverde een monsterworp uit haar armen van 70m47. Daarmee strandde haar discus ruim vijf meer verder dan die van de nummer twee.
Op de 5.000m nam luxehaas Beatrice Chepkoech, die ook het haaswerk verzorgde tijdens de wereldrecordrace van Faith Kipyegon, Letensenbet Gidey 3.000m lang op sleeptouw. Ze zette Gidey af op een een drietal seconden van het wereldrecordtempo. De voormalige wereldrecordhoudster probeerde nog om richting het wereldrecord te versnellen, maar moest in de laatste 400m het hoofd buigen. Gidey finishte uiteindelijk in een topchrono van 14’08″79, haar derde tijd ooit en de vierde aller tijden. Het 25-jarige rastalent bezit daarmee drie van de vijf snelste chrono’s aller tijden.
Jochem Vermeulen waagde zich voor het eerst sinds de reeksen op het WK in Boedapest nog eens aan een 1500m. Om de winst kon hij niet meestrijden, maar met een zesde plaats in 3’36″13 bracht hij het er allesbehalve slecht vanaf. Op de lage horden bewees Julien Watrin zijn constante door opnieuw onder de 49 seconden te duiken. De halve finalist van het WK werd vierde in 48″86, twee tienden boven zijn eigen nationaal record.
Zijn collega bij de Belgian Tornados, Robin Vanderbemden, deed nog een plaats beter. hij eindigde zijn vlakke 400m als derde in 45″79 en komt zo in de buurt van zijn PR. Rani Rosius kreeg bijna windstille omstandigheden voorgeschoteld op de 100m, maar bleef met 11″32 ver boven haar beste tijden van dit jaar. Na een wedstrijdloze periode van bijna een maand kwam Anne Zagré niet verder dan 13″28 op de 100m horden.
Met Ben Broeders en Timothy Herman reisden nog twee WK-finalisten af naar Berlijn. Voor Broeders werd het een beenhouwersreis. De nummer zeven van Boedapest geraakte niet over zijn aanvangshoogte van 5m32. In het speerwerpen bleef het voor Herman bij een bescheiden 77m32.
Ismael Debjani snelste Belg in Padova
Van Duitsland naar Noord-Italië, want ook daar kwamen meer dan een handvol Belgen in actie. Vooral op de middellange afstanden drukten onze landgenoten hun stempel. Op de 1500m kwamen Ismael Debjani en Ruben Verheyden dicht bij winst. Debjani kwam uiteindelijk twee luttele tienden te kort, maar zette met 3’34″00 wel zijn snelste chrono van dit seizoen neer. Verheyden, die onvrijwillig in de rol van haas werd geduwd, kwam als vijfde over de meet in 3’34″60. De twee kijken elkaar op de Memorial Van Damme opnieuw in de ogen voor een 2.000m. Ook Vermeulen zal zich daar in de debatten mengen. Op de 800m zette Pieter Sisk zijn vierde tijd ooit neer met 1’46″34.
Voor het eerst sinds eind juni kwam ook Jonathan Sacoor nog eens in actie. Op de 400m liep hij naar de zesde plaats in 46″51. Michael Obasuyi kroop in de startblokken voor de 110m horden en sprintte er naar 13″80. De vlakke 100m draaide uit op een sisser voor Kobe Vleminckx. De atleet van Lyra-Lierse liep met 10″64 zijn langzaamste chrono van dit seizoen.
Zita Goossens had wel redenen tot vieren. De hoogspringster mocht als enige landgenote de bloemen in ontvangst nemen na haar gelukte poging over 1m83.