Rani Rosius heeft op het WK in Boedapest alweer getoond dat ze dit jaar grote stappen heeft gezet. Met 11”20 in de halve finale van de 100m bevestigde ze opnieuw haar topvorm. Het was helaas onvoldoende om vanavond nog eens aan de bak te mogen in de finale.
Het hoefde niet meer. ‘Nee’ zegde ze er uiteraard ook niet tegen. Rani Rosius had graag de WK-finale van de 100m gehaald, maar strandde eervol in de halve finales.
De ‘nog maar 23-jarige kleine Belg’ zoals ze zich graag noemt, nam het in de halve finale op tegen de grootste sprintkanonnen ter wereld en was voorlopig nog niet opgewassen tegen hen. Rosius werd zevende in haar reeks met 11″20. Voor de finale was 11″02 nodig, dus zo beëindigt ze haar eerste WK ooit als twintigste van de wereld.
”Moet niet te veel in één keer willen”
“11”20 is blijkbaar de tijd die ik dit seizoen waard ben. Ik ben heel constant geweest. Natuurlijk wil je een PR lopen, maar dat is me dit seizoen al 3 à 4 keer gelukt. Ik kan echt niet klagen. Mijn eerste WK en ik sta direct in de halve finale. Ik moet ook niet te veel in één keer willen. Er wachten mij nog vele jaren en je mag ook niet vergeten dat ik net uit een revalidatie kom.”
“Over mijn wedstrijd in de halve finale kan ik zeggen dat het zeker geen perfecte race was. Ik was goed weg, maar dan werden we teruggefloten door een valse start. Dat is altijd vervelend. Het is niet evident om die focus dan terug te vinden. Dat is voor iedereen zo natuurlijk. Ik ben er alleen iets te veel door beginnen nadenken. Dit seizoen loop ik nog twee keer. Wie weet komt er toch nog een uitschieter uit.”