De 10.000m-finale op het EK bracht niet wat we ervan verwacht hadden. Simon Debognies werd verrassend eerst Belg met een dertiende plaats in 28’08″60. Isaac Kimeli greep na acht kilometer naar de hamstring en haalde de finish niet. Michaël Somers kon zich na zijn mindere 5.000m niet herpakken en werd 21e.
Drie landgenoten verschenen aan de start van de 10.000m-finale. Isaac Kimeli was één van hen en zou in principe kunnen meespelen voor de medailles. Ook Simon Debognies en Michaël Somers waagden zich aan 25 rondjes.
De Fransman Jimmy Gressier had er duidelijk zin in. Hij zette zich meteen aan kop en nam iedereen op sleeptouw. Er ontstond al snel een langgerekt lint met Kimeli in vijfde stelling. Debognies en Somers volgden allebei in de buik van de groep.
Na twee kilometer kwam er een eerste afscheiding. Kimeli was mee met het groepje dat zich loswrikte. Zijn trainingspartner moest in eerste instantie een gaatje laten maar kon snel aanpikken. Somers had duidelijk geen allerbeste dag. Hij kwam in de laatste groep terecht en kwam niet meer in het stuk voor. Hij finishte uiteindelijk als 21e in 29’10″30.
Na vier kilometer verliet Gressier de kop waardoor het tempo daalde en meer atleten opnieuw de aansluiting vonden. Kimeli hield zijn vijfde stek vast en ook Debognies deed het nog steeds goed rond plaats twaalf. Na ruim zes kilometer kwam Debognies zelfs helemaal vooraan piepen.
Yemaneberhan Crippa had duidelijk genoeg van het boemeltempo en ging aan de kop sleuren. Debognies verloor daardoor plaatsen, Kimeli ging wel goed mee. Na acht kilometer was hij echter plots nergens meer te zien. De nummer tien van het WK wandelde van de piste terwijl hij zijn hamstring vastnam. Debognies kon in het heetst van de strijd niet meer mee. Hij weerde zich nog wel kranig en finishte mooi als dertiende in 28’08″60.
Crippa werd uiteindelijk beloond met de Europese titel in 27’46″13. De Noor Zerei Kbrom Mezngi eindigde verrassend tweede met 27’46″94, voor Yann Schrub. Gressier werd niet beloond voor zijn kopwerk en werd vierde.
“Hier ben ik niet tevreden mee”, zei beste Belg Debognies na afloop. “Ik was voor meer gekomen. Alleen heeft de snelle eerste kilometer in 2’43 mij de das omgedaan. Als je dan nog negen kilometer verder moet, wordt het al eens zwaar. In een regelmatige wedstrijd had ik mijn persoonlijk record in de benen, maar het werd een koers van tempowissels en daar ben ik minder goed in.”
Somers was nog een niveautje meer teleurgesteld. “Als je een paar procenten tekort schiet, kan je spreken van een ontgoocheling, maar ik was helemaal niks waard”, zei hij. “Niks, niks, niks. Het enige positieve is dat ik hier later op ga terug kunnen kijken als een slecht moment waar ik weer bovenop ben gekomen. Ik voelde al vroeg in de wedstrijd dat het niet mijn dag was. Ik moet durven toegeven dat het te veel is geweest: veldlopen, indoor, 5.000m en 10.000m. Ik had beter wat keuzes gemaakt.”
Kimeli was niet in staat om de wedstrijd uit te lopen. “Plots schoot er iets in mijn hamstring”, zei hij. “Het is geen blessure, maar een kramp van vermoeidheid. Misschien zat die 5.000 meter toch nog te veel in de benen. Dit is natuurlijk een ontgoocheling. Ik kwam voor een medaille, maar ik voelde dat ik mijn tempo niet kon vasthouden met die kramp en ben dan maar gestopt. Tevoren voelde ik mij nochtans goed”, besloot hij.