In Eugene, Tracktown USA, begint vrijdag het WK atletiek. Bij het vorige WK in Doha in 2019 won België voor de allereerste keer meer dan één medaille: zilver voor Nafi Thiam in de zevenkamp en brons voor de Belgian Tornados in de 4×400 meter. De kans is reëel dat het medaillerecord er opnieuw aan gaat in Eugene, want we hebben heel wat ijzers in het vuur.
De eer om het WK af te trappen voor België is voor Thomas Carmoy, die vrijdag om 19u10 Belgische tijd de kwalificaties van het hoogspringen afwerkt. Als je weet dat hij veertiende staat op de startlijst en er twaalf finaleplaatsen zijn, mag hij gerust dromen van die WK-finale.
Daarna is het de beurt aan de Mixed Relay. België heeft een sterke ploeg, maar kan het zich niet permitteren om in de reeksen met een B-ploeg aan te treden. De verwachte opstelling is Alexander Doom, Naomi Van den Broeck, Camille Laus en Kevin Borlée. Ook Vanessa Sterckendries is tijdens de eerste ochtendsessie – in België avond – aan zet in de kwalificaties van het hamerslingeren. Ze staat 30e op de startlijst, dus haar finalekansen zijn klein.
Tijdens de eerste avondsessie begint Tim Van de Velde aan zijn WK op de 3.000 meter steeple. Met slechts vijf atleten achter zich op de startlijst gaat hij vooral om ervaring op te doen. Ook Elise Vanderelst komt aan zet vrijdag tijdens de reeksen van de 1.500 meter. Ze is 31e op de startlijst en zal haar niveau moeten opkrikken om de eerste ronde te overleven, maar bewees recent in Heusden wel nog haar goede vorm.
Zaterdag begint Julien Watrin aan zijn toernooi. De nationale recordhouder op de 400 meter horden staat twintigste op de startlijst en mag op de halve finales mikken. Daarna zijn er in de 1.500 meter liefst twee landgenoten aan zet. Ismael Debjani en Ruben Verheyden staan tiende en zeventiende geplaatst en mogen zonder schroom op een halve finale mikken. Zelfs finaleplaatsen lijken niet uitgesloten.
Zondag wordt de drukste dag voor de Belgische atletiekliefhebber. Eerst is er om 15u15 Belgische tijd de marathon bij de mannen. Bashir Abdi mikt na zijn olympisch brons opnieuw vol op een medaille. Lahsene Bouchikhi probeert zijn 27e plaats op de startlijst te overtreffen en ook Thomas De Bock doet een poging om te tonen dat hij meer waard is dan zijn positie onderin op de startlijst doet vermoeden. We duimen in de eerste plaats dat hij na zijn positieve coronatest van start kan gaan.
Daarna beginnen Nafi Thiam en Noor Vidts aan hun zevenkamp. Thiam wil haar wereldtitel heroveren, nadat ze die in 2019 in Doha moest afstaan aan de Britse Katharina Johnson-Thompson. Vidts probeert even goed te doen als haar vierde plaats in Tokio, en dan is natuurlijk het podium niet veraf. Stel je voor, twee landgenotes op het podium van één discipline. Dromen mag.
Nog op zondag beginnen liefst vijf Belgen aan hun WK op de 400 meter. Kevin Borlée, Dylan Borlée en Alexander Doom zijn 17e, 18e en 25e op de startlijst en mikken resoluut op de halve finales. Een stukje moeilijker wordt het voor Naomi Van den Broeck en Camille Laus, die 39e en 40e staan.
We blijven nog altijd op zondag met de rechtstreekse finale van de 10.000 meter. Isaac Kimeli heeft het zeventiende persoonlijk record van alle deelnemers en moet in principe op top zestien mikken, maar in een tactische race kan hij nog groter dromen en eventueel zelfs voor top acht gaan, synoniem voor het heroveren van zijn profcontract. In het discuswerpen staat Philip Milanov 24e waardoor finale halen in principe moeilijk wordt, al is hij dit seizoen wel regelmatig en zou hij er nog behoorlijk dichtbij kunnen komen.
Maandag is er de vrouwenmarathon met Mieke Gorissen. Zij probeert om meer atletes achter zich te houden dan op de startlijst, zijnde zeven. Naar verluidt is haar conditie uitstekend. Ook Imke Vervaet komt aan de bak in de 200 meter. Als 37e lijkt het moeilijk om de halve finales te bereiken, maar in Tokio bewees ze al dat ze goed kan pieken.
Dinsdag is het de beurt aan Paulien Couckuyt in de reeksen van de 400 meter horden. Als 23e op de startlijst mag ze op de halve finales mikken, al werd haar voorbereiding verstoord door een positieve coronatest. Woensdag is het aan Eliott Crestan. Op papier zouden we hem minstens halve finales toedichten en zelfs een outsider voor de finale noemen, maar hij liep na een stressfractuur nog geen enkele 800 meter en probeert vooral zijn vormpeil op te krikken in functie van het EK in München.
Donderdag debuteert Vanessa Scaunet op het hoogste niveau in de reeksen van de 800 meter. Haar doel mag zijn om meer atletes achter zich te houden dan op de startlijst: twee stuks. Vrijdag begint Ben Broeders aan zijn WK in het polsstokspringen. De kwalificaties overleven is nooit evident, want met de polsstok kan er veel misgaan. Eens in de finale, zijn er veel mogelijkheden. Broeders mikt nog hoger dan zijn achtste plaats op de startlijst.
Anne Zagré moet nog het langst geduld tonen, want haar WK begint pas op de laatste zaterdag met de reeksen van de 100 meter horden. Op basis van haar 34e plaats op de startlijst zou je zeggen dat de halve finales lastig worden, maar Zagré heeft al zo vaak bewezen dat ze er staat op de grote toernooien, dat we niet te veel aan haar kunnen mogen twijfelen.
En dan zijn er nog de Belgian Tornados en de Belgian Cheetahs met reeksen op zaterdag en finales op zondag. Allebei mogen ze op de finale mikken. Het doel is om beter te doen dan in Tokio, toen de mannen vierde waren en de vrouwen zevende. Bij de mannen is de verwachte basisploeg Julien Watrin, Alexander Doom, Dylan Borlée en Kevin Borlée. Bij de vrouwen zijn dat Noami Van den Broeck, Imke Vervaet, Helena Ponette en Camille Laus, al is ook Paulien Couckuyt een optie.