Ryan Crouser is aan 2022 begonnen zoals hij dat in 2021 deed: met een wereldrecord. Althans zo leek het, want twee uur na wat met 23m38 de beste worp uit de geschiedenis leek, volgde een koude douche. De Amerikaanse wereldrecordhouder stootte zijn kogel namelijk ‘slechts’ 22m45 ver. Desondanks leverden de Millrose Games in New York een waslijst aan topprestaties op met onder meer de terugkeer op de 60m van Christian Coleman en snelle 3.000m-wedstrijden.
Het eerste wereldrecord in zaal van 2022 leek gisteren een feit. Ryan Crouser had daarvoor namelijk slechts één geldige poging nodig op de Millrose Games in New York. Tot er enkele uren na de wedstrijd een verklaring volgde voor de monsterworp van de wereldrecordhouder. De 23m38 die aanvankelijk achter zijn naam kwam te staan, bleek namelijk 22m45 te zijn. Een probleem met de meetapparatuur lag aan de basis van de fout. De Amerikaan geeft hieronder zelf tekst en uitleg hoe het fout liep tijdens zijn eerste competitie van het jaar. Hij gaf ook aan tijdens de wedstrijd dat hij eigenlijk niet voorbij 23 meter kon zijn gegaan.
Sandi Morris vloog in het polsstokspringen over 4m75, goed voor een beste wereldjaarprestatie. Ook op de 60m horden bij de mannen ging de beste wereldjaarprestatie voor de bijl. Devon Allen leek af te stevenen op een tweede stek, tot hij in de slotmeters alsnog over zijn landgenoot Daniel Roberts ging. Allen klokte af na 7″51, drie honderdsten beter dan de tijd die Pascal Martinot-Lagarde gisteren neerzette. Christian Coleman kwam voor het eerst sinds zijn schorsing aan de start van een 60m. De wereldrecordhouder op die afstand hield Trayvon Bromell nipt achter zich met 7″49. Bij de vrouwen ging de zege naar Aleia Hobbs, al waren alle ogen gericht op de amper 16-jarige Shawnti Jackson. Jackson knalde naar de derde stek in 7″18, goed voor de snelste tijd ooit door een Amerikaanse ‘high schooler‘.
Bryce Hoppel trok aan het langste eind in een rommelige 800m. Ondanks het vele geduw en getrek stopte de klok wel na een beste wereldjaarprestatie van 1’46″05. Zijn landgenote Alicia Monson haalde verschroeiend uit tijdens de 3.000m door zowel het meetingrecord als de beste wereldjaarprestatie op haar naam te zetten met 8’31″62. Bij de mannen leverde die afstand een heuse spektakelstuk op mét een onverwachte winnaar. De Nieuw-Zeelander Geordie Beamish kwam als een duivel uit een doosje terug op het Amerikaanse duo Cooper Teare-Cole Hocker. Het trio dook onder 7’40, maar Beamish was met 7’39″50 goed voor de zege én een nationaal record. De volledige top acht haspelde 15 rondjes sneller af dan 7’45. Elle Purrier had haar zinnen gezet op het Amerikaanse record op de mijl, maar moest vrede nemen met een beste wereldjaarprestatie van 4’19″30. Ollie Hoare slaagde wel in zijn opzet door naast de beste wereldjaarpestatie ook het Australisch record op zijn naam te zetten. Hoare klokte af na 3’50″83.