Lander Tijtgat loopt zondag zijn allerlaatste wedstrijd op Belgische bodem. Tijtgat speelt alles of niks op de CrossCup in Roeselare. De atleet van ALVA droomt luidop van het EK veldlopen in Dublin. Een superdag in Roeselare levert hem in het beste geval een EK-ticket op. Slaagt hij niet in zijn opzet, dan hangt hij zondagavond zijn spikes aan de wilgen: “Ik ga geen spijt hebben als het niet lukt, maar ik gok dat het wel lukt met oog op het EK.”
Lander Tijtgat stopt dit jaar nog als atleet op hoog niveau. Op zijn 38ste vindt Tijtgat het welletjes geweest. Al trekt hij met de nodige ambitie naar de CrossCup in Roeselare, zijn laatste wedstrijd op Belgische bodem. Beschikt Tijtgat over een goed stel benen op 28 november, dan lonkt een afscheids-EK op het allerhoogste niveau. Een slechte dag in Roeselare betekent het einde van zijn carrière. “Ik heb even getwijfeld om ook de CrossCup Relays en de manche in Mol voor mijn rekening te nemen. Al heb ik toch besloten om alles op Roeselare te zetten en door te trainen. Ik kijk er enorm naar uit en ben zeker in vorm”, begint Tijtgat.
Als het van de atleet van ALVA afhangt, dan kan het mooiste nog volgen de komende weken. “Ik hoop eigenlijk dat de CrossCup in Roeselare en het EK mijn absolute hoogtepunten kunnen worden. Ik voel me alleszins in mijn beste vorm ooit, waardoor ik heel erg benieuwd ben naar wat Roeselare kan opleveren. De prestatie die ik zelf het hoogst inschat tot nu toe is mijn 13de plaats op het EK veldlopen van 2017 in Samorin. Vergeet niet dat ik zes dagen trainen per week combineer met een job als leekracht lichamelijke opvoeding en biologie én daarnaast ook dagelijks om kwart over zes opsta om mijn drie kinderen naar school te krijgen. Het is zeker geen simpele combinatie, maar ik ben vrij blij met wat ik doorheen de jaren heb bereikt.”
“Jaren zonder topsport krijg je niet terug, maar geen spijt”
Tijtgat koos niet de meest voor de hand liggende weg als atleet. Tijdens zijn studies in Leuven verdween topsport naar de achtergrond. Op zijn 26ste begon hij aan een tweede carrière, weliswaar zonder grote doelen op dat moment. “Tijdens mijn studies was er nog niet de ondersteuning die jonge atleten nu wel krijgen. Ik heb toen evenmin aansluiting gezocht bij een trainingsgroepje in Leuven. Gelukkig is dat nu anders voor de huidige lichting junioren en beloften. Toen ik rond mijn 26-27 opnieuw fervent begon te lopen, was het niet met het doel om echt mee te draaien aan de top, maar ik merkte relatief snel dat het wel vlot verliep. Ik heb eigenlijk rechtstreeks de overgang van scholier naar senior gemaakt op een bepaalde manier. Waarschijnlijk had ik verder gestaan indien ik was blijven lopen op hoog niveau als student, maar dan was ik geen atleet meer op mijn 38ste. Die jaren zonder topsport krijg je niet terug, maar ik heb geen spijt van mij keuzes.”
Een lange carrière betekent ook dat Tijtgat héél wat grote namen heeft zien passeren. Hij merkt vooral op dat het afstandslopen in eigen land in de lift zit. “Bij mijn terugkeer op hoog niveau was er nog sprake van namen zoals Tom Van Hooste en Pieter Desmet. Doorheen de jaren heb ik gemerkt hoe hard het afstandslopen in eigen land boomt. De generatie twintigers heeft zo’n stappen gezet door onder begeleiding te trainen, met de hulp van psychologen en voedingsdeskundigen. Dat kan ik alleen maar toejuichen. Dankzij die jonge leeuwen ben ik nog altijd zo gemotiveerd. Je merkt ook wel de Amerikaanse invloed op vlak van professionaliteit. Kracht en stabiliteit zijn nu trainingen op zich geworden. Het is fantastisch om aan die klein procentjes te werken als je over de juiste ondersteuning beschikt.”
“Isaac Kimeli is een beetje onze leider geworden”
Blessures speelden helaas geregeld een grote rol bij Tijtgat, die keer op keer terugkeerde uit liefde voor de sport. “De voornaamste reden dat ik al die jaren ben blijven lopen is gewoon dat ik dit heel graag doe, puur uit lefde voor de sport. Op het EK veldlopen in Belgrado van 2013 kon ik mezelf niet volledig bewijzen door een achillespeesblessure, gevolgd door een operatie. Omdat ik toen niet actief heb bijgedragen aan die teammedaille wil ik in Dublin echt wel bij de eerste drie Belgen zijn. Omgaan met blessures is afhankelijk van persoon tot persoon. De avond van een blessure is het meestal balen, roepen en tieren, ook bij of tegen de mensen die je graag hebt. De ochtend nadien draai ik de knop om en bekijk ik met mijn kinesist hoe we het gaan aanplakken. Chronische blessures zijn vreselijk, maar bij eerder kleine problemen weet je dat het nooit eindeloos lang duurt voor je opnieuw op niveau bent.”
Ondanks zijn afwezigheid in Berlare en Roeselare weet Tijtgat van wie hij concurrentie mag verwachten in Roeselare. “Natuurlijk heb ik de CrossCup gevolgd. Michael Somers gaf een heel goede indruk. Simon Debognies zal een pak sterker zijn dan in Mol en Lahsene Bouchikhi heeft stevig getraind in Ifrane. Isaac Kimeli zal ook zeer sterk zijn. Hij is doorheen de jaren een beetje onze leider geworden. Het wordt alle hens aan dek om hem te volgen. Zelf had ik gehoopt dat Robin Hendrix en John Heymans er ook bij zouden zijn, want dan heb je een ijzersterke ploeg van zes of zeven atleten.”
“Fysiek en sportief is CrossCup enorm van belang”
Als buitenstaander zou je de vraag kunnen stellen waarom Tijtgat niet gewoon een volledig winterseizoen voor zijn rekening neemt. “Op het EK heb ik nog iets te bewijzen, in eigen land minder. Ik ga er ook geen spijt van hebben als ik niet in mijn opzet slaag in Roeselare. Ik gok dat het wel lukt met het oog op het EK natuurlijk, maar daarvoor heb ik wel een goede dag nodig. Lukt het niet, dan is het gedaan, want de andere manches liet ik ook al links liggen. Ik stop terwijl ik me goed voel. Mijn grote wens is om zonder blessures hopelijk twee wedstrijden te lopen. Daarnaast staat het plezier voorop. Er zakken speciaal heel wat supporters af naar Roeselare, dus hopelijk kan ik die mensen gelukkig maken.”
Na zijn actieve carrière droomt Tijtgat van een job binnen een atletiekfederatie. Een functie als trainer wil hij met zo’n job niet combineren. Hij roept bovendien op om de CrossCup te koesteren, aangezien het circuit een bijzonder gegeven is op Europese bodem. “Ik denk niet dat de Vlaamse sportliefhebber beseft hoe goed wij het hebben met de CrossCup. Wat Jos Van Roy al jaar in, jaar uit doet, is onwaarschijnlijk. Hij legt ons in de watten en we zijn atlijd welkom. Ook fysiek en sportief is de CrossCup enorm van belang, want met het oog op de zomer is veldlopen cruciaal richting het zomerseizoen. Vraag dat maar aan World Athletics-voorzitter Seb Coe, die een groot voorstander is van veldlopen én die liep in zijn tijd in de zomer 800m en 1500m. We moeten het veldlopen en de CrossCup koesteren. Na dit jaar hoop ik op termijn deel uit te maken van de technische directie van een atletiekfederatie. Ik ben iemand die graag beleidslijnen wil uittekenen. De vraag om trainer te worden, laat ik voorlopig links linken, want ik vind niet dat het hoort om zo’n zaken te combineren”, besloot Tijtgat.
De CrossCup in Roeselare van komende zondag kan u volgen via een livestream op de website van Sporza.