U heeft er wat geduld voor moeten uitoefenen, maar vrijdag begint eindelijk het olympisch atletiektoernooi in Tokio. Dé hamvraag is of Nafi Thiam haar tweede olympische titel op zak steekt in Japan, maar er is nog zoveel meer te beleven. Wij zetten de kansen van onze landgenotes op een rijtje.
De eerste Belgische vrouwen die in actie komen zijn de leden van de Mixed Relay. Zij beginnen vrijdag om 13u Belgische tijd aan hun avontuur. Het doel is om beter te doen dan op het WK in Doha, waar onze landgenoten zesde eindigden in een nationale recordtijd. Dan moeten de Belgen wel eerst de reeksen overleven, en dat wordt geen sinecure. Er zullen harde keuzes gemaakt moeten worden bij het bepalen van de opstelling. België op zijn sterkst haalt in principe de finale, maar in de loop van het toernooi zullen de krachten ook soms gespaard moeten worden.
Je kan bijvoorbeeld van Cynthia Bolingo niet verwachten dat ze zeven keer een 400 meter afwerkt – drie keer individueel en vier aflossingen. We zijn razend benieuwd naar de opstelling van bondscoaches Jacques Borlée en Carole Bam. Dit jaar is het snelste viertal op papier Cynthia Bolingo, Imke Vervaet, Jonathan Sacoor en Alexander Doom, al is de ervaring van de broers Borlée natuurlijk ook wel wat waard.
De eerste vrouwelijke Belgen die individueel in actie komen zijn Hanne Claes en Paulien Couckuyt op de 400 meter horden, zaterdag om 2u ’s morgens. In Doha strandde Couckuyt in de reeksen, maar nadat ze dit seizoen het Belgisch record evenaarde, mag ze vol op de halve finales mikken. Daarvoor is vermoedelijk een chrono van om en bij de 56 seconden nodig, terwijl Couckuyt in Genève 54”95 klokte.
Claes heeft na een moeilijke aanloop vol blessureleed een seizoensbeste van 57”28 en zal uit een ander vaatje moeten tappen om de halve finales te halen, maar ze stond er in het verleden altijd op de grote momenten. Voor een finaleplaats moet er meer dan waarschijnlijk onder de 54”50 gelopen worden, en dus lijkt dat uitgesloten voor onze landgenotes.
Later diezelfde nacht is het de beurt aan Anne Zagré op de 100 meter horden. Met haar seizoensbeste van 12”87 verwachten we haar in de halve finales, waarvoor vermoedelijk een chrono van rond de 13 seconden nodig is. Ook in Doha haalde ze de halve finales, waar ze een dijk van een race liep maar struikelde over de laatste horde. Om de finale te halen, zal Zagré haar Belgisch record van 12”71 naar alle waarschijnlijkheid moeten verbeteren. Daarvoor is in principe een chrono beneden de 12”65 nodig.
We schakelen dan twee dagen verder, meer precies naar maandagochtend om 2u35. Dan treedt Elise Vanderelst in actie op de 1.500 meter. Onze nationale recordhoudster mag hoog mikken. Als regerende Europese kampioene in zaal verwachten we ze minstens in de halve finales, en zelfs een finaleplaats is allesbehalve uitgesloten. Het zal erop aankomen om het goed te spelen in de tactische races die zo eigen zijn aan grote kampioenschappen. Op het EK indoor liep het ei zo na fout voor Vanderelst in de reeksen, al was daar in de finale toen weinig van te merken.
Om 3u30 is het de beurt aan Imke Vervaet voor haar 200 meter. In Doha strandde ze in een persoonlijk record van 23”24 op een zucht van de halve finales. Het doel moet dus zijn om daar nu wél te geraken. Ze bewees haar goede vorm al meermaals dit seizoen. Opvallend is trouwens dat die halve finales op de halve baanronde nog dezelfde avond op het menu staan. Goed herstellen wordt de kunst.
Later op maandag, om 12u20 Belgische tijd, is Fanny Smets aan zet voor de kwalificaties van het polsstokspringen. Een finaleplaats halen, waarvoor vermoedelijk 4m60 nodig is, wordt aartsmoeilijk. Het seizoensbeste van Smets bedraagt 4m40, maar als je haar indoorseizoen in rekening brengt, komt ze met 4m53 al dichter in de buurt. Zeg nooit nooit.
Dinsdag om 2u27 maakt Cynthia Bolingo haar opwachting voor de 400 meter, iets waar elke atletiekliefhebber in dit land naar uitkijkt. Na haar droomseizoen zijn de halve finales een must, en mag ze zelfs dromen van een finaleplaats. Daarvoor zal er ruim onder de 51 seconden moeten worden gelopen, maar Bolingo bewees al dat ze dat kan. Ze bracht het Belgisch record begin juli op 50″29.
Vanaf woensdagmorgen 2u35 gaat een superdrukke tweedaagse van start voor atletiekliefhebbers. Dan beginnen Nafi Thiam en Noor Vidts aan hun zevenkamp. Thiam verdedigt haar olympische titel van in Rio en is in tegenstelling tot vijf jaar geleden nu ook de topfavoriete. Het is afwachten hoe het met de vorm gesteld is van de Britse wereldkampioene Katarina Johnson-Thompson, die in de winter haar achillespees afscheurde. Ook Thiam zelf werkte al 22 maanden geen zevenkamp af, en dus is het ook in haar geval enigszins koffiedik kijken. De top drie van de wereldranglijst wordt overigens volledig door Amerikanen bezet: Annie Kunz op één, Kendell Williams op twee, Erica Bougard op drie. Vidts, die dit seizoen haar persoonlijk record nog op 6.240 punten bracht, mag dromen van top acht. Beter doen dan haar 15de plaats van in Doha lijkt meer dan haalbaar.
Donderdag om 12u25 komen de Belgian Cheetahs aan de beurt. In Doha stuntten de vrouwen van de 4×400 meter nog met een vijfde plaats. Die stunt nog eens overdoen op de Spelen zou heel erg knap zijn. Het gat met de top drie bedroeg in Qatar nog de volle vijf seconden, dus op een medaille mikken lijkt niet haalbaar. Dromen mag altijd natuurlijk, en misschien doet de supervorm van Bolingo ook de andere teamleden wel boven zichzelf uitstijgen. De selectie bestaat voorts uit Hanne Claes, Paulien Couckuyt, Camille Laus, Naomi Van den Broeck, Imke Vervaet en Hanne Maudens.
Het slotwoord is, om 0u00 in de nacht van volgende vrijdag op zaterdag, aan de marathonloopsters in Sapporo. Mieke Gorissen en Hanne Verbruggen zijn 67e en 86e op de startlijst. In de loden hitte en de Japanse luchtvochtigheid zal het zaak zijn om vooral niet te gek van start te gaan. Als ze hun race goed indelen, kunnen onze landgenotes misschien wel aanspraak maken op een plaatsje bij de beste 40.