Het BK indoor van komende zaterdag doet wenkbrauwen fronsen en dat is niet geheel onlogisch. Er verschijnen in totaal zo’n 50 atleten aan de start, stuk voor stuk met een elitestatuut of mits een uitzondering dankzij uitzonderlijke verdiensten in bijzondere omstandigheden In vijf proeven verschijnt welgeteld één deelnemer aan de start. Vrolijk worden van zo’n opsomming lijkt in eerste instantie bijzonder moeilijk, maar toch is het BK indoor noodzakelijk.
Het BK indoor van morgen heeft veel weg van een uit de hand gelopen micromeeting, toch is er niet zonder reden gekozen om effectief van een BK te spreken. Voor de wereldranking van World Athletics levert een stevige prestatie op een BK namelijk veel punten op, zeker gezien de zogeheten ‘placing score’ die voor een riante puntenbonus kan zorgen. Het systeem van de ranking is niet onfeilbaar, aangezien het protectionisme van eigen atleten op grote competities aanmoedigt. Denk maar even aan de vele valse starts van Polen op de World Indoor Tour in Torun van eergisteren, waar gele kaarten op de korte sprint en horden schering en inslag waren. De ‘placing score’ is al geregeld voer voor discussie geweest en zou in de toekomst kunnen verdwijnen.
Genoeg over die ranking, want er is nog een duidelijke reden waarom het geen derde micromeeting wordt, maar wel een BK in zaal. Zowel op de 400m bij de mannen, als bij de vrouwen is namelijk een wedstrijd nodig om duidelijkheid te verschaffen rond wie al dan niet naar Torun mag afzakken met de aflossingsploegen. De Belgian Tornados zijn al zeker, al wordt het vooral spannend om zien of Alexander Doom en Christian Iguacel ook in een rechtstreeks duel kunnen afrekenen met Dylan Borlée. Voor de Belgian Cheetahs biedt het BK de gelegenheid om een gooi te doen naar individuele limieten in het geval van Cynthia Bolingo en Camille Laus, maar ook vooral om de opgetelde gemiddelde chrono van de vier snelste Cheetahs (53″24) nog te verbeteren. Het team staat namelijk op een vierde stek in de ranking van opgetelde tijden, al hebben de Fransen al aangegeven niet deel te nemen aan het EK. Daardoor mogen de dames op de 4x400m zich in principe opmaken voor hun tweede internationaal kampioenschap in zaal, aangezien de derde plaats recht geeft op deelname aan het EK. Vooral het Italiaanse team (gemiddeld 53″33) kan nog voor gevaar zorgen, aangezien ook in Italië dit weekend nationale indoorkampioenschappen gepland staan.
Kritiek volgt, zeker in coronatijden, sneller dan ooit. Als het puur over nationale indoorkampioenschappen gaat, dan zijn er meerdere voorbeelden om aan te tonen dat wij Belgen het niet onaardig, maar ook niet overdreven goed doen. Denk maar aan de Britten en Ieren die al een maand geleden een streep door hun kampioenschappen in zaal trokken, het kan dus een pak erger. Aan de andere kant van het spectrum heb je dan weer de Franse en Nederlandse kampioenschappen waar er véél meer sprake is van volwaardige wedstrijden dan morgen in Louvain-la-Neuve, waar onder meer Eliott Crestan, Thomas Carmoy en Arnaud Art in alle eenzaamheid een competitie afwerken. Vrolijk hoeft u daar niet van te worden.
Zeker als u een blik werpt op sociale media, waar open brieven van regerende of voormalige Belgische kampioenen en een reeks (sub)toppers in zaal en in openlucht de revue passeren. Polsstokspringster Chloé Henry dreigt zelfs met juridische stappen, aangezien ze kostbare punten verliest met het oog op de ranking als ze geen knalprestatie levert op het BK. Hier moet wel vermeld worden dat Henry effectief richting 4m50 moet, wil ze ook maar een waterkans behouden op de Spelen. Haar seizoensbeste bedraagt 4m33 en momenteel vertoeft ze op een 56ste plaats op de uitgezuiverde ranking, waarbij alleen de top 32 recht heeft op de Spelen.
De criteria om als niet-elite morgen toch startrecht te krijgen zijn namelijk de volgende: kans op kwalificatie voor het EK indoor in Torun, zowel individueel als in teamverband of het feit dat de atleet in kwestie duidelijk op koers ligt voor de Spelen van komende zomer. De uitzonderingen zijn dan ook op één hand te tellen met Michael Somers, Margo Van Puyvelde en de hierboven genoemde namen op de 400m met Iguacel en Maudens. Somers mag in tegenstelling tot op de IFAM Indoor wel aantreden op het BK, aangezien hij zich tijdens die IFAM in het buitenland verzekerde van een EK-ticket. Zo absurd is het BK indoor dus niet, zeker aangezien volwaardige wedstrijden zoals bij onze noorder- en zuiderburen het geval is gewoon niet tot de mogelijkheden behoort door de geldende coronamaatregelen ondanks bemoedigende cijfers. Bovendien moet er ook langs beide kanten van de taalgrens groen licht gegeven worden én dat maakt zelfs van een beperkt BK een hels karwei. Ons houdt het niet tegen om morgen met een portie gezonde stress naar Louvain-la-Neuve af te zakken, al was het maar met de hoop dat het een laatste BK met een twijfelachtig voorspel wordt.