Dik twee jaar geleden richtte het Runners’ lab Athletics Team een Youth Team op. Ondertussen is de werking daarvan, in het spoor van het Elite Team, verder geprofessionaliseerd. De nadruk ligt er op wetenschappelijke begeleiding en rustige, duurzame ontwikkeling. Coördinator Thomas De Bock geeft meer uitleg aan de hand van zes simpele vragen.
Wat?
Thomas De Bock: “De bedoeling is om ons idee van training te delen met jeugdatleten, hun coaches en ouders. We willen jonge atleten laten meegenieten van de expertise die wij in de loop der jaren hebben opgebouwd. Sinds de oprichting bijna drie jaar geleden geleden is er al heel wat veranderd: de omkadering is professioneler geworden, er zijn coaches bijgekomen en sinds kort zijn ook Runners’ lab en adidas in ons jeugdverhaal gestapt.
“We proberen de clubs zo veel mogelijk de hand te reiken en moedigen atleten aan om in hun club te blijven trainen, maar wel volgens onze principes. Anders ben je twee verschillende aanpakken tegelijk aan het hanteren. De samenwerking met de clubs verloopt soms moeizaam omdat ze niet altijd begrijpen wat we doen, maar we willen een opleiding aanbieden waar de club van kan meegenieten.”
Waarom?
“Na de sportkampen kwamen de Youth Clinics. We boden daarbij een training aan in combinatie met informatie aan ouders en trainers over hoe om te gaan met jeugdatleten. Van daaruit is het idee gegroeid om de jongeren in onze werking op te nemen. Mijn eigen verhaal speelde ook een rol. Als scholier trainde ik al harder dan ik nu doe en nog altijd zie ik veel jonge atleten die overtraind zijn. Daar willen we iets aan veranderen.”
Door wie?
De Bock: “Oorspronkelijk was Tim Moriau de coach, maar die zet nu alleen nog de sportieve lijnen uit. Ruud de Rybel traint de jongere atleten, David Marechal neemt de iets oudere jeugdatleten voor zijn rekening. Ik ben momenteel nog de coördinator, maar vanaf 2021 neemt David die taak op zich.”
Voor wie?
De Bock: “In tegenstelling tot in ons Elite Team, waarvoor heel strenge criteria gelden, staat het Youth Team open voor iedereen. We willen elke gemotiveerde jongere de kans geven om kennis te maken met onze filosofie en zich te ontwikkelen als atleet zonder dat er prestatiedruk bij komt kijken. Zit het team vol, dan is het vol. We kunnen helaas niet onbeperkt atleten toelaten, want we willen kwaliteit boven kwantiteit stellen. De coaches volgen de atleten heel kort en individueel op. We willen wel benadrukken aan de jeugdatleten dat er geen enkele garantie is dat zij ooit doorgroeien naar ons Development Team of Elite Team.”
Hoe?
De Bock: “We streven naar wetenschappelijke begeleiding en een duurzame ontwikkeling van de atleet. Daarom zetten we vooral in op aerobe capaciteit en trainen we weinig anaeroob. We werken vooral aan de uithouding omdat we bij oudere atleten vaak vaststellen dat er op jonge leeftijd te weinig aan de basis is gewerkt. Dan moet je op latere leeftijd heel veel tijd investeren in een inhaalbeweging. Pure snelheid, dan spreek ik over 30 of 40 meter, doen we ook. Dat kan perfect al op een jonge leeftijd. Voor de rest begint het serieuzere werk pas als junior.”
“Behalve het sportieve, willen we de jeugdatleten ook al prikkelen met de topsportmentaliteit. We overdrijven daar zeker niet mee, maar willen wel tonen wat er allemaal bij komt kijken voor een topsporter. Geleidelijk aan worden we strenger. Een miniem kan atletiek nog zonder problemen combineren met voetbal, maar doorheen de jaren wordt het iets serieuzer. Eén keer per week wordt iedereen in Huizingen verwacht, want het is belangrijk dat de atleten elkaar zien. Een team vormen en teambuilding zijn cruciaal bij ons.”
En daarna?
De Bock: “Op hun achttiende zullen sommige atleten moeten vaststellen dat topsport niks voor hen is, andere zullen het enorm graag doen. Er is de mogelijkheid om door te stromen richting ons Development of Elite Team, maar daar moeten ze wel een scherpe limiet voor lopen. We moeten ergens selecteren, en kiezen ervoor om dat op achttien jaar te doen. De atleten weten dat op voorhand. Het niveau van ons Elite Team is enorm hoog geworden, dus de kans om daar in te geraken, is bijzonder klein. In het Development Team is er de mogelijkheid om nog enkele jaren door te groeien richting hoogste niveau, maar zelfs daar eisen we al top tien van België.”
“Als er tien procent doorstroomt, zal dat al een groot succes zijn. Het zal altijd een kleine minderheid zijn. Dat wil echter niet zeggen dat atleten hun tijd verdoen in ons Youth Team. Ze leggen een gigantische basis waar ze nog lang mee verder kunnen. We gaan ze ook niet als een steen laten vallen en bekijken samen met hun club wat de beste oplossing is als doorstromen binnen ons team geen optie is.”
Disclaimer: dit bericht komt er op basis van een sponsorovereenkomst.