Op amper vier weken tijd hebben Koen Naert en Bashir Abdi het aantal sub 2u08-lopers op de marathon in ons land verdrievoudigd. Europees kampioen Naert klaarde de klus in Rotterdam met 2u07:39. Abdi mag zich na vandaag de snelste Belg ooit op de marathon noemen. Van #DeMooiste naar #ThanksABillion. Een eigenzinnige impressie van iets met het gat en in de boter vallen.
We hebben er 23 jaar op moeten wachten, maar nu hebben we er plots twee én neen het gaat niet over koningen. Wel over marathonlopers, Koen Naert en Bashir Abdi, die onder 2u08 duiken. Wie 2u08 zegt, weet dat er 42,195 kilometer lang geflirt wordt met 20km/u. Een uitdaging voor de doorsnee-Belg, weliswaar met de fiets.
Voor beide heren was 2018 geweldig, met respectievelijk een Europese marathontitel voor Naert en een vice-Europese titel op de 10.000m voor Abdi in Berlijn. Ze liepen heel wat PR’s van de tabellen in 2018 en die trend zetten ze gewoonweg door in 2019. Dat de aanpak van hun marathons zou verschillen, leed geen twijfel. Het was algemeen geweten dat Naert alles op alles zou zetten om een negatieve split te lopen, iets wat voor Abdi minder aan de orde was. Voor Abdi was Londen namelijk marathon twee, terwijl Rotterdam voor Naert ‘al’ marathon acht was.
Na tien kilometer in Londen werd het duidelijk dat de op papier brave ambities van Abdi naar de vuilbak mochten verwezen worden. De 30-jarige Gentenaar maakte jacht op één ding: 2u07:20 én liefst minstens een seconde sneller. Halfweg passeert de altijd goedlachse loper in 1u03:20. Ik stel me Vincent Rousseau op dat moment voor en vraag me af of de man zweet of lacht bij het aanschouwen van een toekomstig BR. De één z’n recorddood is de ander z’n recordbrood?
Van brood naar patisserie: de recordtaart van Vincent Rousseau zal dit jaar geen 24ste kaarsje krijgen. Al mogen we niet vergeten dat in 1995 het WR op de marathon 2u06:50 bedroeg. Rousseau behoorde tot de absolute wereldtop, dus laten we niet vergeten wat die chrono in een pre-Kipchogetijdperk waard was. In 1995 zal de ondertussen 56-jarige man geweten hebben dat ook zijn record voor de bijl zou gaan.
Wat na vandaag zeker lijkt, is dat Bashir Abdi in staat moet zijn om als eerste Belg onder 2u07 en wie weet zelfs 2u06 te duiken. In augustus had ik het genoegen om kort te babbelen met de op dat moment toekomstige coach van Bashir, namelijk Gary Lough (die ooit eens zijn eigen vrouw naar een ongelooflijk WR coachte). Lough is de man achter de marathonsuccessen van Mo Farah. “Bashir moet in staat zijn om tijdens zijn eerste échte marathon – want laten we eerlijk zijn, Rotterdam was geen marathon meer door die zware val – in de buurt van 2u07 te komen”, aldus Lough in augustus.
Profetische woorden, die het beste laten verhopen met het oog op de komende jaren. De Olympische Spelen van Tokio naderen gestaag en onze marathonlopers gaan er schitteren, laat daar geen twijfel over bestaan. Gun ze dan ook de ondersteuning en omkadering die ze absoluut verdienen, zodat er meer Belgische marathongeschiedenis kan geschreven worden.
Na een marathondag is de uitbundigheid even zoek, gelukkig zit er een man tegenover mij in de Eurostar die voor de zoveelste keer haast de longen uit zijn lijf lacht tijdens het bekijken van zijn komische serie. Ik houd het bij een bescheiden, maar gemeende glimlach. Diep vanbinnen weet ik echter beter.
Wat een weelde. Het beste moet nog komen.