De afgelopen twee jaar viel Julien Watrin uit het basisviertal van de Belgian Tornados, enerzijds door de steile progressie van Jonathan Sacoor, maar vooral door een opeenstapeling van blessures bij de atleet uit de provincie Luxemburg. Tevoren was hij enkele jaren vaste waarde, en hij heeft samen met de broers Borlée nog altijd het Belgisch record op zijn naam staan. Watrin verliet de trainingsgroep van Jacques Borlée voor die van François Gourmet, maar heeft nog altijd ambities als Tornado.
Laten we beginnen bij het begin: plan jij een indoorseizoen in 2019?
“Ja. Ik begin op de IFAM en loop er meteen mijn enige 400 meter. Op het BK doe ik de 200m, daarna waarschijnlijk nog een 300 meter.”
Wat is het doel deze winter?
“Dat speelt zich vooral af op mentaal vlak. Ik wil weer gewoon worden aan competitie en mij amuseren. Bij die 200 meter wil ik mijn persoonlijk record van 21″53 verbeteren. Op de IFAM hoop ik op een prestatie die volstaat om mee te mogen met de Belgian Tornados naar het EK in Glasgow. Dat zou een leuke manier zijn om gelanceerd te geraken voor het outdoorseizoen. Daarnaast moeten die indoorwedstrijden informatie verschaffen aan mijn coach en de andere specialisten die mij opvolgen.”
De afgelopen jaren werd je telkens afgeremd door blessures. Hoe ga je daar verandering in brengen?
“We hebben aan mijn techniek en aan mijn snelheid gesleuteld. Een andere belangrijke verandering is dat ik geen student meer ben. De combinatie van topsport met ingenieursstudies was soms slopend. Als ik eindelijk eens een maand of achttien blessurevrij kan blijven, ben ik echt benieuwd waar ik toe in staat ben. Dat blijft een motivatie, en momenteel loopt alles goed. ”
Waarop ligt jouw focus op training?
“Vorig jaar heb ik enorm aan mijn stabiliteit gewerkt en heb ik veel aan kracht gewonnen. Dit jaar moet ik dat allemaal in de praktijk gaan omzetten en op die manier sneller worden. We zijn met onze trainingsgroep in Tenerife momenteel, en het gaat hard.”
Heb je nog altijd de ambitie om individueel de 400 meter in te ruilen voor de 400 meter horden?
“Ja, maar mijn voorbereiding op het WK in Doha zal in twee delen verlopen. Eerst wil ik aan snelheid winnen en 400 meters lopen, en pas later de horden erbij nemen. Die overgang zal ik maken met de hulp van verschillende specialisten, biomechanici en kinesisten. In zal geen hordewedstrijden doen voor eind mei of misschien zelfs juni, maar ben op training wel al aan het werken op het ritme voor de 400 meter horden.”