Armand “Mondo” Duplantis is een waar polsstokfenomeen. In Berlijn werd hij de jongste Europese kampioen ooit op een kampnummer met zijn 18 jaar en 275 dagen. Hij werd ook de eerste polsstokspringer ooit die op zo’n jonge leeftijd over 6 meter sprong. Morgen kan het Zweedse wonderkind zijn eerste diamant winnen, al zal hij daarvoor zijn Berlijnse benen moeten terugvinden in de voorlopig beste competitie ooit.
Armand Duplantis was een rijzende ster de afgelopen jaren, ondertussen mogen we hem gerust een ster noemen. Zijn prestatie in Berlijn dwingt dat namelijk af.
“Het moet nog altijd doordringen wat er exact is gebeurd in Berlijn. Het was pure magie. Ik ben opgegroeid met filmpjes van mannen die over 6 meter sprongen. Nu hoor ik blijkbaar ook thuis in dat clubje. Dat zal na het seizoen wel doordringen waarschijnlijk. Je leeft als atleet voor een avond zoals die EK-finale. Het feit dat iedereen goed aan het springen was, hielp natuurlijk. Het is alsof je elkaar hoger kan stuwen. Zonder de 6m00 van Timur, zou ik nooit over 6m05 zijn gegaan, net zoals ik geen 6m00 zou gesprongen hebben mocht Renaud niet over 5m95 zijn gegaan. Het deed me denken aan de indoormeeting die Renaud organiseert. Toen gebruikten we ook elkaars energie om hoger te geraken.”
“Qua vorm zit ik zeker nog goed”, ging Duplantis verder. “Berlijn is uiteindelijk ook nog niet zo lang geleden. Mijn piek lag uiteraard daar, maar het zal sowieso hoog moeten gaan morgen om de diamant binnen te halen. Er zijn veel mogelijke winnaars. Bovendien is het eigenlijk alles of niks hé morgen. De ereplaatsen spelen geen rol. Het meetingrecord kan in gevaar komen (5m96, al zal de lat op 5m98 gelegd worden en telkens met 2 cm omhoog gaan; red.).
Mondo heeft het polsstokspringen met de paplepel in de mond gekregen dankzij zijn vader Greg Duplantis, die in 1991 op de Memorial zesde werd met 5m50 in het polsstokspringen. Mondo begon in zijn vierde levensjaar al met het springen en voornamelijk spelen op de mat. Sindsdien is het alleen maar hoger gegaan.
“Ik sprong 5m50 toen ik 16 was, maar dat waren andere tijden. Jullie mogen mijn vader zo niet behandelen (lacht; red.). De liefde die ik voor mijn sport koester is nog altijd even groot als bij dat kleine mannetje van toen. Ik spring gewoon hoger en met meer mensen in het publiek. Het afgelopen jaar was veruit het leukste, aangezien Diamond Leagues en het EK niet zomaar meetings zijn. Ik moet nog 19 worden, wat nog altijd erg jong is. Mijn generatie heeft heel wat sterke mannen. We staan klaar om de fakkel over te nemen. Ik merk wel dat het uitzonderlijk is hoe ik het polsstokspringen heb leren kennen. Voor mij is het heel gewoon dat er een aanloopstrook en een mat in mijn achtertuin ligt… Maar als ik dan denk aan Ronaldo en andere jonge voetbalsterren, die zijn ook zo vroeg begonnen he. In onze sport lijkt dat minder vanzelfsprekend.”
Duplantis kon in Berlijn rekenen op de onvoorwaardelijke steun van zijn concurrent, maar ook vriend Renaud Lavillenie. Lavillenie blijft de keizer van het polsstokspringen, maar zag de afgelopen jaren heel wat jonge mannen de revue passeren.
“Renaud is nog altijd mijn idool. Ik was negen jaar toen hij voor het eerst over 6m00 ging. Op die manier heeft hij ook inspirerend gewerkt. Hij behoort tot de absolute legendes in het polsstokspringen. Ik vond het een hele eer om door hem uitgenodigd te worden na de Diamond League in Parijs. We hebben toen twee weken samen getraind in Frankrijk. Ik durf te stellen dat ik zonder die weken bij hem nooit Europees kampioen zou zijn geworden. Hij is een alleskunner en allesweter. De manier waarop hij met iedereen omgaat is schitterend”, klonk het vol bewondering.
Naast Lavillenie gingen de andere concurrenten van Duplantis hem één voor één feliciteren met zijn eerste sprong over 6m00.
“Aangezien onze competities tot drie uur lang kunnen duren, is het logisch dat we vaak communiceren met elkaar. We zijn concurrenten, maar in de meeste gevallen ook vrienden. We spenderen telkens zo’n periode samen op de piste dat het een gewoonte wordt.”
Met 6m05 zet Duplantis zich naast enkele groten. Alleen Sergey Bubka sprong ooit hoger, waardoor iedereen meteen denkt aan het WR van Bubka.
“Mijn vader en ik zouden liegen als we daar geen doel van maken met het oog op de komende jaren. Het is echter zo dat de planning nu al druk is. Ik wil niet te veel vooruitkijken. One step at a time. Eerst wil ik morgen goed presteren. Daarna is het tijd voor welverdiende rust. Bovendien ga ik ook nog studeren, aangezien ik nog geen prof ben”, vertelde de Zweed nuchter.
Duplantis heeft de Zweedse nationaliteit, maar werd geboren in de VS. Hij leeft en studeert ook in de VS, maar toch opteerde hij om voor Zweden uit te komen.
“Ik heb hele mooie herinneringen aan mijn grootouders die vroeger aan het hoofd stonden van een klein clubje in Zweden. Ik heb daar altijd in een aangename sfeer geleefd. Bovendien was dat telkens tijdens vakanties, waardoor ik des te meer kon profiteren. Het voelde het meest juist om voor de Zweedse nationaliteit te kiezen”, besloot Duplantis.