CABW mag zich nog een jaartje langer de sterkste nationale club bij de vrouwen noemen. Die titel verdiende het vandaag in Lokeren dankzij enkele uitblinkers, maar ook over de volledige lijn presteerde het zeer constant. RESC en ACME volgden op respectabele afstand op plaatsen twee en drie, voor DCLA en MOHA zit het avontuur in de hoogste divisie er voor minstens een jaar op.
Uitkijken was het vandaag in Lokeren naar het wederoptreden van Eline Berings. De 30-jarige RCG-atlete legde op haar favoriete 100m horden beslag op de logische tweede plaats, na RESC-uithangbord Anne Zagré. Met 13″29 tekende Berings voor haar snelste seizoensopener ooit, Zagré droeg met 13″24 bij tot een boeiend schouwspel. Ook op de 100 meter deed Zagré haar duit in het zakje, want met 11″91 bleek ze ook daar de sterkste. Voor CABW legde de Française Fanny Appes met 12″07 en een tweede plaats de basis voor een collectieve Waals-Brabantse demonstratie op de sprintnummers. Zo viel er op de 200 meter niks te beginnen tegen scholiere Lucie Ferauge, met 23″98 bleef zij maar een fractie boven de vereiste 23″90 voor het EK junioren. Met Cynthia Bolingo dicteerde ook een CABW-atlete de wet op de 400 meter. Met 53″58 liep ze een aardige baanronde, al waren de 54″58 van Imke Vervaet en de 54″87 van Laetitia Libert zo vroeg op het seizoen ook niet mis. Op de 400m horden moest ACME-atlete Axelle Dauwens (59″91) dan weer verrassend de duimen leggen voor Marlien De Jans (58″48), ook voor Dauwens betekende dit de eerste wedstrijd van het nog jonge seizoen.
Nog namens CABW kon Fanny Smets in het polsstokspringen RESC-concurrente Chloe Henry afhouden, allebei hielden ze het bij 3m90. Vanessa Sterckendries bezorgde met 61m49 OEH de overwinning in het hamerslingeren, terwijl Jolien Boumkwo met 14m99 in het kogelstoten RCG de maximale 13 punten schonk. In het hoogspringen eindigde scholiere Nina Hespel (1m69) voor DCLA bovenaan de rangschikking, Maaike Garré (11m97) klaarde voor KAAG hetzelfde kunstje in het hinkstapspringen, terwijl Els De Wael (5m76) organiserende club AVLO in het verspringen aan het vieren bracht. Op de overige werpnummers bezorgde Anouska Hellebuyck (47m96) AC Deinze een tweede zege in het discuswerpen, terwijl Sarah Vermeir (44m17) een overwinning voor OEH erbij schreef in het speerwerpen.
Op de middellange afstand bleef de dubbelslag van ACME bij. Zenobie Vangansbeke (2’09″87) triomfeerde in de 800 meter, terwijl Louise Carton (4’18″25) op de 1500 meter de primus was. In het zog van de Belgische veldloopkampioene doken Justine Tinck (4’18″80) en Elise Vanderelst (4’19″12) onder de EK-juniorenlimiet. De gevraagde 4’22″18 ging met overtuiging voor de bijl, voor Tinck is het al het tweede EK-ticket na haar limiet op de 3000 meter eerder deze maand. De overwinning van Kim Geypen (10’03″53) in de 3000 meter mocht uiteindelijk niet meer baten voor haar club DCLA, want de Vlaams-Brabantse trots degradeert onverbiddelijk naar de ere VAL-afdeling. MOHA is hetzelfde lot beschoren, zij keken tegen een nog grotere achterstand aan op de eerstvolgende LBFA-club DAMP. Bovenaan het klassement waren de verschillen eveneens aanzienlijk. CABW was mede dankzij nog twee extra aflossingsoverwinningen met 162 punten een maatje te groot voor RESC (144), ACME (135.5) mag zich als derde in de einduitslag de best gerangschikte Vlaamse club noemen.
De individuele uitslagen vindt u hier, het clubklassement vindt u hieronder.
1 | CABW | 162 |
2 | RESC | 144 |
3 | ACME | 135.5 |
4 | OEH | 128 |
5 | DEIN | 121 |
6 | RCG | 118.5 |
7 | DAMP | 118 |
8 | HAC | 108.5 |
9 | KAAG | 106 |
10 | AVLO | 105 |
11 | MOHA | 87.5 |
12 | DCLA | 87 |