Op de eerste dag van het BK in Brussel was het fris en ging het op einde zelfs heel erg aan het regenen. Gelukkig stonden er alleen reeksen op het programma. Toch waren al enkele mooie prestaties te noteren. Er was de EK-limiet voor Aaron Botterman en de limiet voor het WK juniores voor Dylan Owusu, waarover u eerder al kon lezen. Verder waren het vooral enkele vrouwen die een sterke indruk nalieten.
Olivia Borlée lijkt morgen de grootste kans te maken om zich in laatste instantie nog bij de selectie voor het EK te voegen. Ze was duidelijk de beste in zowel 100 als 200 meter en noteerde 11″46 en 23″40. Voor het EK heeft ze 11″39 en 23″24 nodig. Broer Jonathan Borlée was de snelste in de 400 meter. Hij kwam tot 46″62. De tweede tijd was met 46″70 voor Julien Watrin, die zo zijn EK-kandidatuur voor de 4×400 meter kracht bijzet. In de 400 horden bij de dames was Nenah De Coninck opnieuw sneller dan Axelle Dauwens. De Coninck kwam tot 57″10, Dauwens tot 57″19. Dat wordt leuk morgen.
Anne Zagré moest het doen met tegenwind en zonder concurrentie, en liep alsnog 13″01 in haar reeks van de 100 meter horden. Bij de mannen was Denis Hanjoul de snelste in 13″83, daarna volgden Damien Broothaerts met 13″89 en Dario De Borger met 13″95. Ook dat wordt morgen een leuk duel in de finale. In de 800 en 1500 meter gingen alle favorieten door naar de finale. Scholier Pieter Sisk dook met 1’51”52 opnieuw onder het EK-minimum, maar liep zich niet in de nationale top twee en mag voorlopig niet naar Tbilisi. De sterkste indruk in de 800 meter maakten Febe Pardaens en uiteraard Aaron Botterman. In de 1500 meter oogden vooral Renée Eykens en Ismaël Debjani sterk.
Alle uitslagen vind je hier.