Een nieuwe rubriek ziet vandaag het levenslicht. In ’10 vragen aan 10 beloftevolle tieners’ gaan wij op zoek naar 10 beloftevolle Belgische scholieren om 10 (interessante) vragen te stellen. Eerste in de reeks is Lotte Scheldeman. De 17-jarige 800m-loopster van Atletiekclub De Demer wist op de EYOF vorig jaar te Utrecht zilver te veroveren en plaatste zich dit jaar op de EYOT in Baku al voor de Olympische jeugdspelen later deze maand in Nanjing. Een talent dus dat dringend wat aandacht verdient.
1) Dag Lotte, op welke manier ben je met atletiek in contact gekomen? Via familie, vrienden, tv of internet (of op een andere manier)?
“Van jongs af aan ging ik al eens kijken naar papa die aan stratenlopen en zelfs marathons deelnam. Toen was er bij mij al enige interesse opgewekt. Maar de echte liefde voor atletiek heb ik gevonden bij mijn deelname aan de schoolcrossen. Mijn ouders en leerkrachten zagen dat ik wel wat talent had, en zo ben ik terechtgekomen bij de plaatselijke atletiekclub ADD. Aangezien de piste maar 2km van ons thuis ligt en een vriendin ook al actief was in deze club, was de stap naar atletiek snel gezet.”
2) Hoe combineer je atletiek met school? Als je de kans krijgt overweeg je dan een topsportschoolopleiding te volgen of een topsportstatuut te verkrijgen?
“Tot nu toe lukt het vrij goed om de richting Latijn-Wiskunde te combineren met atletiek. Het is natuurlijk wel hard werken, elke dag opnieuw. Een normale schooldag voor mij bestaat uit het naar school gaan, leren, trainen en dan gaan slapen. Het lukt mij wel nog wat piano te spelen, hoewel ik na 9 jaar gestopt ben met het volgen van lessen; ik kan nu spelen wat ik echt graag wil spelen…Voor andere dingen heb ik bijna geen tijd. Ik heb hiervoor gekozen en heb er nog steeds geen spijt van. Een overweging naar de topsportschool is er nooit geweest. Zolang ik beide kan combineren, doe ik dat ook. Als ik binnen een jaar ga verder studeren, zou het wel eens kunnen dat ik gebruik ga maken van een topsportstatuut. Van anderen hoor ik immers dat het echt aan te raden is als je atletiek met studies op goede manier wilt combineren.”
3) Je lijkt je nu te focussen op de 800m maar wil je de komende jaren ook op het langere werk (bv. 1500m, 3000m) goed voor de dag komen? Of liggen deze afstanden je minder dan de dubbele baanronde?
“Tot vorig seizoen lag de focus eerder op de 400m en de 800m. Dit jaar heb ik enorm veel duurlopen gedaan waardoor mijn uithouding een heel stuk beter werd dan voordien. Aangezien de limieten voor het YOG zo vroeg op het seizoen behaald moesten worden, heb ik alles op de 800m gezet. Eenmaal het limiet behaald, moest ik mij voorbereiden voor de EYOT waar ik ook de 800m liep. Doordat ik mij daar gekwalificeerd had voor het YOG, heb ik tot nu altijd voor 800m getraind. Mocht ik niet deelgenomen hebben aan het YOG zouden mijn wedstrijdplanning er helemaal anders uitgezien hebben. Dan had ik sowieso een paar 1500’den gedaan. Een 3000m zie ik mij nu nog niet snel doen, maar je weet natuurlijk nooit.”
4) Wat vind je van de Belgische limieten voor internationale kampioenschappen, zijn ze te scherp? Denk je dat dit vooral om financiële redenen draait of wil de federatie zorgen zoals andere landen voor kleine kwalitatieve delegaties zoals bv. Frankrijk het met succes deed op het WK indoor?
“De limieten van België zijn inderdaad enorm scherp. Ik vind dat meer voordelen dan nadelen hebben. Zo weet je tenminste dat, als je het limiet haalt, je op het kampioenschap ook op een mooi resultaat mag rekenen. Tegenwoordig draait bijna alles om geld, dus ik denk dat dat hier niet anders zal zijn. Er zijn landen die het anders en ook even succesvol doen. Zij geven de medaillisten van Europese en Wereldkampioenschappen een rechtstreeks ticket naar het volgende kampioenschap. Er zijn immers atleten in België die op het EK het podium haalden, maar het volgende seizoen niet tijdig hun limiet behaalden van het volgend kampioenschap en een deelname eraan dus mogen vergeten. Dat is wel een spijtige zaak en dan stellen we de scherpe limieten van België wel eens in vraag.”
5) Als je zou moeten kiezen tussen het EYOF-kampioenschap of het EYOT, wat was dan de mooiste ervaring (de algemene ervaring, niet alleen de sportieve)?
“Voor mij was het EYOF de mooiste ervaring. Het was de eerste keer dat ik op Europees niveau deelnam aan een wedstrijd. Alles was voor mij nog zeer nieuw en ik wist niet wat ik moest verwachten. Daar heb ik mij enorm geamuseerd aangezien we met een grotere delegatie waren dan op het EYOT. EYOF viel in de zomervakantie waardoor de sfeer er helemaal goed zat. Het EYOT ging net de week voor de eindexamens door. Iedereen zit dan wat de piekeren over die bergen leerstof die je nog moet verwerken als je terug thuis bent. Op het EYOF gingen we in onze vrije tijd wel eens naar andere sporten kijken of genoten we van elkaars gezelschap. De vrije tijd op het EYOT bestond uit efkes een gezelschapsspelletje spelen om daarna weer naar de schoolboeken te grijpen.”
6) Het Belgisch scholierenrecord op de 800m staat al bijna 35 jaar op naam van Betty Vansteenbroek met 2:03.00 , hoopte je stiekem om daar in de buurt van te komen of leek dit onhaalbaar?
“Het record van Betty Vansteenbroek scherper stellen? Daar heb ik eerlijk gezegd nog niet aan gedacht. Met wat ik nu train is het op dit moment inderdaad onhaalbaar. Ik spaar mij nog voor de zovele jaren die mij nog te wachten staan. Dit is scherper dan het BR van de junioren dus dat wilt wel al iets zeggen. Voor mij is het nog veel te vroeg om nu al zulke tijden te draaien. Ik dank dat de belangrijkste jaren nog moeten komen, dus het heeft geen zin om nu al te zeer door te trainen, letsels op te lopen en mijn ‘carrière’ te moeten staken.”
7) Utrecht, Baku en nu Nanjing, je hebt al ervaring op internationale kampioenschappen. Hoop je dat die ervaring in China ook van pas komt (stress, voeding etc.)?
“De ervaring die ik opgedaan heb bij die kampioenschappen kan niemand mij meer afpakken. De stress zal er altijd wel zijn, hoeveel wedstrijden je ook gedaan hebt. Maar bij mij is dat gezonde stress. Toen ik de eerste keer in zo een groot stadion mocht lopen, was ik dit meer aan het bewonderen dan dat ik met mijn wedstrijd bezig was. Nu ben ik het al meer gewoon dus zal zo’n stadion mij niet meer afleiden en kan ik mij 100% focussen op mijn wedstrijd. Op het EYOF verwachtte ik er niet veel van. Daar stond ik dan, een beetje afwachtend tussen de Europese toppers, in de callroom. Nu ben ik veel zelfverzekerder als ik de callroom binnenstap, en laat ik mij niet opzwepen door de kreten en norse blikken van de tegenstreefsters. Al die internationale wedstrijden zorgen ervoor dat je als atleet sterker in je schoenen gaat staan.”
8) Met welke doelstelling vertrek je naar Nanjing? Je hebt namelijk al bewezen op het EYOF en EYOT dat je een echte kampioenschapsloopster bent, dan lijkt de finale misschien binnen handbereik? Zit er een persoonlijke beste in of hoeft dat niet?
“Ik hoop op een PR, maar mijn ervaring op zulke kampioenschappen zegt dat het niet eenvoudig zal zijn. Zowel de kwalificaties als de finale op het EYOF en het EYOT waren telkens tactisch. Dan wordt het moeilijk om nog een goede tijd neer te zetten. Ik hoop dus op een snelle wedstrijd waarin ik kan lopen voor wat ik waard ben. Dit is voor mij een eerste test op wereldniveau, dus verwacht ik er niet te veel van. Wat niet wil zeggen dat ik geen ambitie heb hé! Het zou heel mooi zijn om de finale te lopen, maar ik zal absoluut niet teleurgesteld zijn, mocht dit niet gebeuren. Ik ben al super blij dat ik mij daar mag bewijzen, en dat ik bij de 15 beste van de wereld ben. Sowieso is het een test om na te gaan of ik goed bezig ben…een perfecte evaluatie zou ik zo zeggen.”
9) Hoop je dat je met deze ervaring ook ooit op de Olympische Spelen komt te staan?
“Ik denk dat elke atleet daar wel van droomt. De internationale wedstrijden waar ik aan deelnam waren al een voorproefje van hoe het op de echte Olympische Spelen er aan toegaat. De internationale wedstrijden die ik nu al gedaan heb, zijn als het ware een voorbereiding en testje voor het grotere werk later. Dus mijn nieuwsgierigheid naar de Olympische Spelen is nog meer gegroeid.”
10) Als je het kan opnemen tegen om het even welke atleet uit de geschiedenis, tegen wie zou je dan het liefst uitkomen?
“Ik zou het wel eens tegen Betty Vansteenbroek willen opnemen die het super scherpe Belgisch record op de 800m scholieren heeft neergezet. Op die manier kan ik eens zien waar ik sta ten opzichte van haar en haar Belgisch record. Ze zou mij sowieso nuttige tips kunnen geven… Want ik vind het echt een knappe prestatie om als scholier zo’n tijd neer te zetten. Daar kan ik op dit moment alleen maar van dromen.”
Uitzonderlijke dank aan Quinten Lafort voor deze bijdrage.
